United States or Micronesia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Maar hebt gij ook gehoord dat men op u heeft geschoten? Neen, daarvan had ik geen flauw vermoeden. Alleen de vlugheid van uw paard heeft u gered. De beide Aladschy's hebben op u geschoten. Zij wilden u van het paard schieten om dit te kunnen bemachtigen!

Wanneer zij hem betaald hadden, wilden zij weg, maar zij moesten zich toch op u wreken. Die een zeide, dat gij in ieder geval naar Radowitsch en Istib zoudt gaan. En onderweg zouden de Aladschy's u dan aanvallen. Wie zijn de Aladschy's? Dat weet ik niet. Toen kwam de Kodscha Bascha, en daar niemand een sleutel had, trapten zij de deur in.

Terwijl ik met Halef over den schatrijken en geleerden Turk praatte en mijn vermoeden uitsprak, dat de Aladschy's onze komst misschien al wel aangekondigd hadden, werd het paard van Halef op eens schichtig en schuw. Wij reden namelijk dichtbij den vijver, en er was over de watervlakte een boot recht op ons aan komen schieten. Er zat een jong meisje in, dat met krachtige slagen de riemen hanteerde.

Wel, ik dacht dadelijk dat dit wel de Aladschy's zouden zijn waarover gij ons hadt gesproken, en verzweeg de waarheid. Hm! dat zal je wel slecht zijn bekomen. Begrijpt gij dat al? Uw kinderen hadden het zeker reeds verraden! Zoo is het. Zij sloegen mij met hun zweepen en dreigden mij te dooden, als ik hun niet de waarheid zeide. Het is heel goed, dat gij hun de waarheid hebt verteld.

Hij schijnt een onderaanvoerder van den Shoet te zijn. Heer, gij deelt mij dingen mede, die mij verbazen. O, ik heb dien Mubarek ontmaskerd, en de Kiaja van Ostromdscha heeft, op grond van mijn bewijzen, hem gevangen genomen. Hij is echter ontvlucht en is nu met drie andere schurken en de twee Aladschy's, die zijn makkers zijn, op weg naar hier. Dan behoede ons God!

Verder breng ik u de groeten van den ouden Mubarek en van de beide Aladschy's. Deze drie zijn mij reeds zelf komen groeten. Dit hadt gij dus niet meer te doen. Ah! Zijn zij hier? Ja, zij zijn hier. En weet gij, wie ik ben? Ja, de Shoet. Neen, ik ben de Shoet niet, en dien zult ge ook niet zien. Neen, nimmer zult gij weer iemand zien, dien gij zoudt kunnen roepen. Ik ben....

Maar hier rijdt men niet graag bij nacht door onbekende bosschen, en vooral niet als de Aladschy's in de nabijheid zijn! Die? vroeg hij met goed geveinsde verbazing. Kent gij hen? hernam ik. Hij ontkende kortweg. Maar gij hebt toch wel eens van hen gehoord? vroeg ik verder. Slechts weinig. De Kasa Mufti vertelde mij, dat zij u wilden overvallen. Dat heb ik vernomen. Van wien? Van een goed vriend.

Ik had echter voorloopig geen gevaar te duchten, wanneer de Aladschy's mij kenden en gewaar werden, zou allicht een kogel uit een hinderlaag mij hebben kunnen treffen. Maar zooals de zaken stonden, had ik hoogstens een openlijken aanval van roovers te wachten waaraan ook iedere andere reiziger bloot staat. En daarbij kwam nog dat ik er op het oogenblik geenszins aanlokkend uitzag.

Ik mag niet naar buiten! Wie zal u dat beletten? Hij wierp een somberen blik op de Aladschy's, en dadelijk bemerkte ik dat een hunner hem met den vinger dreigde. Ik deed alsof ik het niet had gezien en ging naar den hoek, zeide eenige vriendelijke woorden tot de kleine en nam haar mede naar het open raam. Kom eens hier! zei ik vriendelijk om haar vertrouwen te winnen.

Ik heb, helaas! vergeten het hem te zeggen; maar wij hebben over deze rotsholte gesproken, en hij zal ons zeker hier komen zoeken. Dat geloof ik niet, want hij is bang voor de Aladschy's. Als hij die hier ziet, loopt hij weg. Het is de vraag, of die dan nog hier zullen zijn! Dat zullen zij zeker, want men zal ons hier niet onbewaakt achterlaten. Wij willen vooreerst uitrusten en wachten.