Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juni 2025
Burgers en andere inwoners, vreemde zeelui, stoomboot-passagiers enz. Het stuk speelt in een klein Noorsch havenstadje, in het huis van den heer Bernick. Een ruime tuinkamer in het huis van consul Bernick. Links op den voorgrond een deur leidend naar de kamer van den consul; wat verder aan denzelfden wand een dergelijke deur. In 't midden van den tegenovergestelden wand een groote entree-deur.
Enkele zeelui echter maar er zijn niet vele zoo zijn wat actiever, laten groenten en andere levensmiddelen uit de naburige stad komen en schuiven kalmpjes hun handkarren voort, die er mee beladen zijn, en waarmee ze bij de huizen venten. Kinderen loopen in troepjes rond, met veel drukte van klompengeklots, maar zonder roepen of schreeuwen, net als in Zeeland.
Van Halen stoorde zich niet aan zijn raadgevingen en wierf net zooveel matrozen aan als er komen wilden, zoodat zijn schip tegen den avond al met vijfentwintig zeelui bemand was. De wachthebbende soldaten achtten zich nu overbodig en gingen heen.
De loods klauterde boven in den boegspriet om zooveel te beter de klippen aan den ingang van de haven te kunnen vermijden en riep Van Halen, die aan het roer stond, luid zijn opmerkingen toe. De nieuwe matrozen stonden als echte zeelui op hun post en deden hun werk zoo goed als hun dit bij de nieuwe en eigenaardige inrichting van het vaartuig maar mogelijk was.
»Gij hebt een groot aantal van onze zeelui in dienst, zoowel bij de marine als bij de koopvaardij," zeide onze commandant. »Ja," zeide Green, »en er is geen gevaar, dat wij er te kort zullen komen, daar gij voor ons prest." »Wij voor u pressen?" vroeg kolonel F ; »hoe meent gij dat?" »Uwe presgangen," zeide de Amerikaan, »bezorgen ons het volk.
De matrozen sierden dit sprookje onwillekeurig nog wat op, en in West-Indië was spoedig het verhaal van een Hollandsch spookschip het onderwerp der gesprekken van alle rustende zeelui. Met verbazing bevond hij, dat hij de linie al gepasseerd was en den vijfden graad Zuiderbreedte had bereikt. Hij kòn het haast niet gelooven.
Hij deed haar een goed bewapend en flink loopend schip bestijgen met een aanzienlijk geleide van mannen en vrouwen en met een voorname en rijke uitrusting zond haar hem zoo toe en beval haar Gode aan. Toen de zeelui zagen, dat het goed weer was, zetten ze volle zeilen bij, vertrokken uit de haven van Alexandrië en voeren zoo verscheidene dagen.
"Maar hoe moet er dan geschoten worden?" vroeg Gascoigne, die schik in de grap kreeg. "Dat komt er minder op aan," hernam de konstabel, "maar voor zeelui dient 't wel met de zon om te gaan; dat wil zeggen meneer Rustig schiet op meneer Biggs, meneer Biggs op meneer Easthupp en meneer Easthupp weer op meneer Rustig; op die manier krijgt ieder zijn schot en dient tevens tot mikpunt voor een ander."
De goede God zegen je, jongen!" riep hij eindelijk en gaf den knaap op elke wang een kus. De zeelui waren de een na den ander naar beneden gekomen, doch Huib zag het niet. Eindelijk sloeg hij de oogen op en riep: "Ja, Jaantje, een meisken ben je vast, en jij daar, Gerrit Leinsz, dit is nou mijn Jonge Kees, en nou de jonge den ouwen weer opzoekt, nou zal het weer gaan als een lier op een' Zondag!
Toen ging hij naar beneden om het inwendige van het schip te bekijken en een onderzoek naar de lading en den voorraad in te stellen. Tot nog toe had Van Halen stil aan bakboord gezeten en was weer in zijn gewonen, wezenloozen toestand vervallen. Nu stond hij op, want hij bemerkte, dat de wind zich verhief. Hij trad te midden van de zeelui op het dek, die hem allen met verwondering aangaapten.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek