Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 7 juni 2025
Breng, zooals men zich in dit land uitdrukt, uw koetjes op 't droge, eer de overstrooming hier have en huis komt wegspoelen, en blijf niet als een onberaden zot naakt en berooid op de deerlijke overblijfselen staan, omdat gij geen moeds genoeg bezit om u datgene vooruit te verzekeren, waarop gij bij deeling wettige aanspraak hadt."
Ziehier: Waarlijk, ik bemin haar; dat is al de zwarigheid; en nooit verlaat ik het wicht, of ik ben razende zot naar haar; en wat denkt gij? ik heb nog nooit haar hand gekust: 't is waarachtig, Jan. Zij is onnoozel, dat is het, dat mij zoo ingetogen maakt: want hoevele vrouwen ik ook bedierf, ik heb nogal regard voor brave meisjes.
Zulk een mispas kan het best gemanierde paar voetgangers overkomen; maar in dit geval was hij méér dan zot, doordien onze regenschermen telkens tegen elkander aanbotsten en elkaar met groote veerkracht terugstieten.... Dat ik eene gloeiende kleur kreeg, behoeft wel geene verzekering.
Het moge, volgens hen, zoo zot mogelijk zijn zij moeten toegeven, dat het betamelijk is. Want wat is gepaster dan dat de Zotheid zelf de loftrompet over zichzelf steekt? Niemand kan immers een sprekender beeld van mij geven dan ik zelf of ik moest soms aan een ander beter bekend zijn dan aan mij zelf.
Onderwijl legden zij tersluips van hunne aardbeziën op de telloor der grootmoeder, totdat deze eindelijk uitriep: "Het is wonder! Ik, die zot ben naar aardbeziën, kan bijna niet meer gapen, zooveel dunkt mij, heb ik er van gegeten." "Nog zoo weinig, Meken!" bemerkte Sander. "Zeker wel twaalf of vijftien, kind." "Niet meer dan zes of zeven, Meken, wees zeker."
Philippus was getrouwd met Maria van Portugal, wier bezittingen hij bij de Spaansche krone gevoegd had; van haar had hij don Carlos, den wreedaardigen zot. Maar liefde gevoelde hij voor zijne vrouw niet. De koningin leed aan de gevolgen van heure kraam. Zij bleef te bed en bij haar waren heure eeredames, onder dewelke de hertoginne van Alva.
Dwerg, gij zot, zijt gij der burchten wel wijs? De dwerg grinnikte bevestigend. Zoo voer de kar! riep Lancelot. Voer de kar, deze geheele nacht van smarte, rond, tot wij des daags langs de burchten rijden, waar vrouwen en ridderen mijn zoeten gezel uit de vensteren zullen belachen en onteeren!
Het werk van één dag, dat was 't bruidstoilet van zusje, werd in 5 minuutjes te niet gedaan. Alleen 't kapsel en de versieringen op 't voorhoofd lieten we onaangeroerd. Wij, jonge meisjes, mochten haar eigenlijk niet aankleeden, maar wij deden 't toch maar. Wij vonden 't al te zot, dat wij zusje niet in haar bruidstoilet zouden mogen steken.
Zeg den provoost-geweldige, dat hij De Guerra terstond in arrest neemt. Ik wil hem in de gevangenis spreken, als hij ontnuchterd is, dien zot, dien dronkaard, dien zuiplap. En toch ben ik benieuwd, wat hij mij heeft te zeggen. Voorwaarts, heeren!"
De inwoners van Wieze bij Dendermonde worden door de naburige dorpen voor gekken uitgescholden. Vandaar, dat deze het klokkengelui van Wieze vertolken: Wieze is zot, Toebak dol.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek