United States or Brunei ? Vote for the TOP Country of the Week !


No. 1. Toen kon er nog geen Paus zijn. No. 2. Wis en drie! Paus-anias. Ond. Zeer goed! Hoe heette zijne vrouw? No. 2. Pausani-japon. Ond. En hoe heette hij toen hij klein was? No. 2. Pausani-buis. Ond. Eximie. En hoe heette Mozes, toen hij klein was? Ond. Male! No. 2. Mozesje. Ond. En hoe heette de vader van Mozes? No. 2. Mo-vijf. Ond. Egregie. En waarom verdronken de Egyptenaren in de Roode Zee?

"Ei," antwoordde deze, "ik ontken niet, dat hij mij dat geld geleend heeft, maar ik ben evenzeer bereid, er een heiligen eed op af te leggen, dat ik de tien goudguldens weer in zijne handen gaf en hem dus wis en waarachtig betaalde." De stadhouder verlangde nu, dat de oude den eed afleggen zou, en deze was daar dadelijk toe bereid.

Grooter was echter het getal Wis- en Natuurkundigen. Nog rijker was de 18e eeuw in het voortbrengen van dergelijke vernuften, die veelal uit den eenvoudigen burgerstand of uit landbouwers voortkwamen, en grootendeels zonder onderwijs van anderen door eigen aanleg en inspanning zich vormden en soms eene verbazende hoogte mogten bereiken.

Een zacht en flaauw gebrom Verhief zich, groeide, en liep den kring des legers om. Nu steeg een holle kreet ten wolken: "Ja te wapen, Maar 't Geestendom ontzag!" Wat wilt ge? 't wis verderf op onzen schedel storten? De Goden van de lucht in 't aardbestier verkorten? Herroep die gruweltaal, en ken, gy Legervoogd, De palen van uw recht, en wat het mijn gedoogt!"

Nu was het, wij stippen deze bijzonderheid aan ten bewijze onzer nauwkeurigheid, op den 16den Vastenavond. Hier door ontstond een aarzeling, gemoedsbezwaren, vooral bij tante Gillenormand. "Vastenavond!" riep de grootvader, "des te beter. Er is een spreuk die zegt: Hij, die op Vastenavond trouwt. Is wis dat hem zijn keus niet rouwt. "Dus bepaald! 't Zal den 16den zijn.

Niet van gisteren dagteekent de roem, dien zich de naam van Blaeu verworven heeft. Willem Janszoon, de vader der gebroeders, in 't jaar 1571 te Amsterdam geboren, had de wis- en sterrekunde bij den vermaarden Tycho-Brahè geleerd en het alras in die vakken tot meer dan gewone hoogte gebracht.

HERTOG. Rampzaal'ge Ægeon, door het lot bestemd Om zulk een overmaat van leed te dragen! Geloof mij, waar' 't niet tegen onze wet, Niet tegen mijn gezag, mijn kroon, mijn eed, Die schoon hij 't will', geen vorst miskennen mag Mijn hart zou wis uw pleitbezorger zijn.

De deur stond wijd open, en hij genoot een onbelemmerd uitzicht op de kamer der facultas medica. "Vier minuten over tweeën. Toch nog te vroeg," zeide hij mistroostig. "Wis en zeker te vroeg," zei de kleine, "maar je hebt mijn raad ook niet gevolgd."

»Dat is baas Roodbaatje," meent hij, »wis en zeker; het gewonde Roodbaatje uit Engeland." »Goed geraden," zegt Marling, en reikt hem de hand, doch slechts aarzelend en verwonderd neemt de oude kaffer die hand aan. Ook Lena is verwonderd, want het is in Zuid-Afrika geen gewoonte, dat een blanke, een witmensch, aan een kaffer de hand reikt. Nu begeven Marling en Lena zich naar binnen.

Dat zijn franschen, zeide Sergius. Franschen? herhaalde het inlandsche opperhoofd. Het was alsof hij van een volk, of van eenen volkstam met dezen naam nooit gehoord had. Wis en zeker, franschen!... franschen!... Uit Frankrijk... hondsvot! riep Cascabel. Dit zeide hij echter in zijne eigen taal, met al de vrijmoedigheid van iemand die weet dat hij toch niet verstaan wordt.