Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 mei 2025
En Elly, heb je nu al een dollen streek verzonnen, iets vreeselijk dwaas? vroeg Vincent in de laatste woorden hare stem nabootsend.
Den vorigen nacht had het vreeselijk gehageld; er waren korrels gevallen zoo groot als kleine appelen en verbazend hard: en met zulk eene kracht, dat zij het meeste wild gedood hadden. Een ander van den troep bracht, kort na mijne komst, er nog zeven mee. Nu weet ik dat één man, zonder honden, nog geen zeven herten in de week kan dooden.
Dit groeide op en werd het mooiste meisje meer dan elk ander, dat er toen in de stad woonde en zoo schoon als zij was, was zij ook welopgevoed en eerbaar. Hierdoor begonnen verscheidenen haar te begeeren, maar bovenal twee heel aardige jongelingen, die haar beide gelijkelijk liefde toedroegen, zoodat zij elkaar uit minnenijd vreeselijk gingen haten.
Als zij daarginds aan den wal booze dingen zouden willen uitrichten, bij voorbeeld bij die sneeuwhut daar in de verte, dan zouden wij rustig en wel aan boord blijven en enkel maar zóó doen.... Met een vreeselijk geknal vloog de sneeuwhut in de lucht, en een sneeuwwolk stoof omhoog. Dat was volkomen genoeg! Meer was er voor langen tijd niet noodig.
Laat mij uitscheiden, laat mij niet meer zoeken, laat mij alleen! 'Weet je niet meer wat de Dood gezegd heeft? Een mensch zou je worden, een volmaakt mensch. 'Ik wil niet, het is vreeselijk. 'Je moet, je hebt ééns gewild. Zie docter Cijfer eens, vindt die het vreeselijk? Word zooals hij is. Het was waar. Docter Cijfer scheen altijd rustig en gelukkig.
OSWALD. Maar dat is zoo vreeselijk afschuwelijk om als 't ware weer een bakerkind te worden; om gevoed te moeten worden, en.... O,... dat is niet te zèggen! MEVR. ALVING. 't Kind heeft zijn moeder om hem te verzorgen. Neen, dat nooit; dat is het juist wat ik niet wil! Ik kan er niet aan denken dat ik misschien jarenlang zoo zou moeten liggen,... en oud en grijs worden.
Hij speelde vreeselijk schuilhoekje met den dood; telkens wanneer het stompe gezicht van het spooksel hem naderde, bracht de straatjongen zijn vinger aan den neus.
"Maar," en vol verbazing keek zij hem aan, "houdt je dan heusch van het kind?... O, als je van 't kind houdt, dan doet het me vreeselijk pijn voor je," voegde zij er bij. En den heelen nacht lag zij er aan te denken, hoe vreeselijk het voor hem wezen moest, om het kind te missen. Zij ging zoover, dat zij het bijna zonde vond, hem er van te scheiden.
Hij blijft vreeselijk lang weg." "Hé, inkt. Je pa heeft altijd een heel kruikje.... Was dat leeg misschien? Wacht, er is nog wel wat op mijn kamer; je hebt zeker zoo heel veel niet noodig?" "Een paar velletjes tante." "Velletjes?" "O, ik meen.... Maar Hendrik zal wel dadelijk komen. Dank u tante." "Coba-lief kom eens hier; wat scheelt er aan?" "Mij tante!?"
"De boeren vreten gras," teekent d'Argenson telkens op; "sedert een jaar vreten zij gras," "de menschen sterven als vliegen, de ellende schrijdt voort tot onder de poorten van Versailles." Vreeselijk drukken de heerendiensten, de gedwongen arbeid aan den aanleg der groote wegen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek