Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 9 juni 2025
Zijne bewegingen herinneren meer aan die van de Sneeuwgors en van den Leeuwerik dan aan die van den Vink; even als gene vliegt hij zonder inspanning en zwevende.
"Hoor eens, Kees, je slaat daar als een blinde vink door! Onze De With vind het niet pleizierig, dat hij gelijk gesteld wordt mèt, ja, soms onder de bevelen moet staan van een Ammiraal uit een kleiner gewest dan Holland.
Zij verbleekte en schreide. Dat was de eerste keer dat ik haar zag schreien en het deed me geweldig aan. Ik vroeg haar vergiffenis, maar zij bleef den geheelen dag mokken en toen ik weer naar Montilla vertrok, wilde zij mij niet omhelzen. Ik was zeer verdrietig. Drie dagen later kwam ze mij opzoeken, met een lachend gezicht en vroolijk als een vink.
Het nest gelijkt nog het meest op dat van onzen Vink; het wordt op zeer verschillende wijzen samengesteld; soms bestaat het bijna geheel uit dunne worteltjes, soms uit allerlei halmen; van binnen is het bijzonder fijn en zacht met haren en veeren bekleed.
"De leeuwrik, vink en wielewaal, De koekoek, met dat woord, Dien roep, die meer dan één gemaal Wel minder gaarne hoort; want niemand is wel zoo gek, een vogel te willen tegenspreken, al roept hij het nog zoo dikwijls achtereen, maar het is toch niet pleizierig zoo aangeroepen te worden.
Zij liepen al onder den walmuur, nu aan het Zuidwesten van de stad. Ze gingen de straatpoort door. Daar zat zoo'n gestrafte dief, de oogen verschroeid als bij een blind gebranden vink, in den zonnigen post, onder de deur weggedraaid op sterke scharnieren, zijn godsdienstig deuntje te zingen. En Johan moest neêrzien op zijn dood gezicht, achterover met den jammerenden mond.
André was opgestaan, en plaatste zich bij haar stoel. Zij zag hem aan met glinsterende oogen, en drukte zijne hand. Dominee De Witt liep rookend de kamer op en neer, als hij placht, wanneer er over eene lastige zaak moest beraadslaagd of nagedacht worden. »En wanneer gaan we nu uit?" riep Christien. »'t Is zonde van 't weer. En frissche wind genoeg, om naar de Vink te wandelen!"
Toen kwam er inéens een vink, die, vóor haar onbewegelijkheid heen, wipte en tripte, wit, bruin, grijs, over den zonnigen grond, met zijn glad gestreken kopje haar bekijkend en in éens wegvliegend in een hoogen boom aan den weg.
Maar ach! het zijn wel zeven dagen, Ik zag in al die tijd geen vink of koolmees weer, Nu ben ik heel ter neer geslagen, Nu zeg ik bij mij zelf: er zijn geen vogels meer. Die al te groote dingen wagt, Om dat hem in 't begin zijn pogingen gelukken, Is even dwaas, als die tot wanhoop wordt gebragt, Om dat hij voor een tijd voor tegenspoed moet bukken.
De oude schout liet zich ook nu inderdaad door den vink bij den neus nemen; maar Frederik zag spoedig, hoe de vork in den steel zat; en, toen hij bemerkte, dat de vink zijne vrouw een knipoogje gaf, dat zij met hem uit één vaatje tappen zou, dacht hij: "Wacht, nu zal ik je wel beet hebben!" Hij stond op en zeide, dat hij in de keuken een kooltje voor zijn pijp wou gaan halen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek