United States or United States Virgin Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


In den regel kiest de Wielewaal een hoogen boom als drager van zijn nest; het gebeurt echter ook wel, dat het op manshoogte boven den bodem is opgehangen.

Het nest wordt tamelijk hoog boven den bodem gebouwd, in den regel op gelijke wijze als dat van onzen Wielewaal aan een takgaffel opgehangen; gewoonlijk is het niet verborgen en derhalve aan weer en wind blootgesteld; op een zeer slordige wijze wordt het van eenige weinige, opeengehoopte takjes en worteltjes vervaardigd, dikwijls van binnen niet eens bekleed, hoogstens met eenige haren gevoerd.

Insecten van allerlei soort, vooral echter Rupsen en Vlinders, Wormen en, zoodra de vruchten rijp zijn, ook kersen en bessen maken het voedsel van den Wielewaal uit.

In Thuringen is deze vertaling van het gezang onbekend, toch heeft men ook hier en overal elders veel met den Wielewaal op. Hij is een van de vlijtigste zangers van het woud, begint reeds vóór zonsopgang te zingen en gaat er met weinige tusschenpoozen mede voort tot tegen den middag, om zich opnieuw te laten hooren, als de zon aan 't dalen is.

'Ik heb u laten halen. Nu kunnen wij lang bijeen blijven als ge wilt. 'Ik wil wel graag, zeide Johannes. Toen dankte hij de vriendelijke duiven, die hem gebracht hadden en daalde met Windekind in het bosch af. Daar was het frisch en schaduwrijk. De wielewaal floot, altijd bijna hetzelfde maar toch eenigszins anders. 'De arme vogel, zei Windekind, 'hij was eens een paradijsvogel.

Naumann omschrijft het gezang door de klanken "dietleo" of "giedadietleo"; de boeren in Noord-Duitschland hooren er uit: "Pfingsten Bier hol'n; aussaufen, mehr hol'n", of "Hest du gesopen, so betahl och", en scheppen, naar het schijnt, wegens de beteekenis van deze gezegden, een buitengewoon behagen in den Wielewaal, die door hen "bierezel" genoemd wordt.

"De leeuwrik, vink en wielewaal, De koekoek, met dat woord, Dien roep, die meer dan één gemaal Wel minder gaarne hoort; want niemand is wel zoo gek, een vogel te willen tegenspreken, al roept hij het nog zoo dikwijls achtereen, maar het is toch niet pleizierig zoo aangeroepen te worden.

De meest zorgvuldige verzorging is noodig om den Wielewaal in de kooi verscheidene jaren in 't leven te behouden; den ruitijd komen zij moeilijk door, meestal is het kleed, dat zij daarna krijgen, veel minder fraai dan het vorige; zij worden daarom alleen bij kundige vogelliefhebbers gevonden. Dit geslacht bestaat uit ongeveer 32 soorten, waarvan wij er slechts één zullen noemen.

De Wielewaal herinnert zoowel aan de Lijsters als aan de Vliegenvangers, in sommige opzichten ook aan de Scharrelaars. "Hij is," zegt Naumann, "een schuwe, wilde en onrustige Vogel, die zich steeds aan de blikken der menschen tracht te onttrekken, hoewel hij dikwijls in hun nabijheid woont.

Alle geluiden, die in een streek gehoord worden, het ingehouden gefluit van den Wielewaal zoowel als het krijschen van de Vlaamsche Gaai, het luide geschreeuw van den Buizerd zoowel als het kakelen van de Hoenderen, het klapperen van een molen, het knarsen van een deur of van een windvaan, het slaan van den Kwartel, het neuriën van den Boomleeuwerik, geheele strophen uit het gezang van Rietzangers en Lijsters en van het Blauwborstje, het gekweel van de Zwaluwen, al deze en dergelijke klanken worden met een geoefend oor aangehoord, met grooten ijver bestudeerd en daarna op de vermakelijkste wijze weergegeven.