Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 mei 2025


En God ja! dat was me 'n geschiedenis geweest toen Edward verliefd was op dat meisje in Baarn, die niets van hem wou weten!.... Toen had hij hem heel wat zorg en tobberij gegeven.... Want 't was heel ernstig geweest, Bernard had 't net gevonden of hij zelf een blauwtje geloopen had en hardop tegen zichzelf redeneerde, alles wat hij zei tot zijn vrind.

't was dus een droom.... of neen, toch niet: het is een zinsverwarring, een misverstand geweest. Die dwaze brief van den "uitgedienden generaal" heeft August straks voor een oogenblik op 't sterkst in zijn gewone tobberij doen vervallen.

Mijn vrouw scheen letterlijk een geheel ander mensch geworden; over niets niemendal hebben we eenige tobberij gehad. Je begrijpt me. Zie, voor 't geluk van mijn vrouw moet ik zorgen zooveel ik kan; maar bovendien, ik houd van Archibald, waarachtig! Allercharmantste jongen! In één woord, doe wat je kunt. 't Rijtuig blijft om zoo te zeggen voor je ingespannen.

Eva, ik was krankzinnig, ja waarachtig!" O groote God, wat ziet hij haar akelig aan! Wat wil dat zeggen, krankzinnig! Nee nee, dat is hij niet, nee, stil stil. Goddank, hoor maar, hij spreekt bedaarder; hoor, hij noemt haar weer zijn beste kind, zijn lieve vrouw, Maar toch, dat gewone punt der tobberij wordt met een schier aan krankzinnigheid grenzenden angst behandeld.

Toch, als hij dan zijn eigen leven weer liep te besoezen, dan vond hij er niet veel andere genotzucht in dan 't eeuwig verlangen naar scheppen, naar slagen, zich-zelven voldoen met het werk van zijn handen.... Zijn leven, hoe vreemd ging het toch, hoe onverwacht wendde het zich.... Hij had zoo vast geloofd, in die stilte daar in Brabant, dat hij nu toch voorgoed zijn evenwicht gevonden had, dat het zóó nu zou doorgaan, in een richting; breeder, krachtiger, op den duur wat wijzer misschien door veel te denken.... Na al die onrust en gedurige inspanning, de zelfoverschatting en de tobberij, het zoeken en ploeteren van de eerste jaren, was hij daar gekomen tot een toestand waarin hij gedacht had nu in de eerste plaats een gewoon-goed mensch te kunnen worden, en dan een bescheiden werker, een bewust strever, maar een die weet hóé ver hij pas is, hoe weinig hij nog heeft bereikt..., ja, een die weet, wát goed en wát verkeerd is, en zich-zelf in zijn macht heeft, en daarom nu ook kan praten en lachen, eten, drinken, slapen en kranten-lezen als ieder ander.

Soms, als hij haar stil tegen zich aan deed liggen, overkwam haar een benauwde volheid, een gevoel alsof ze stikken zou, het kwam door de lauwe warmte van zijn arm om haar hals, van zijn schouder tegen haar gelaat aan, en door de weeë lucht van 't warm-wollige jassengoed , en dan trachtte ze, altijd zacht, diep-blozend en verlegen zijn armen van zich af te duwen...; maar ook dat gaf haar tobberij om hem, die er toch immers 't volste recht toe had haar te kussen, te omhelzen.... Soms ook werd ze kil-koud, rillerig van zenuwachtigheid, bleef ze willoos in zijn arm, bleek, met gesloten oogen, en een pijnlijken trek die hem ongerust maakte, hem dringend vragen deed wat haar toch scheelde.... Eénmaal zelfs was ze in een plotselingen heftigen toorn opgesprongen, had hem krachtig op zij geduwd.... Hij was erg geschrokken, had naar gansch ontsteld aangekeken en met vragen overstelpt, maar toen ze geen antwoord gaf, alleen een tijd lang droevig snikkend vóór zich kijken bleef, was hij haar in-eens zacht-vriendelijk toe gaan spreken, op een toon van begrijpen.... Alsof ze 'n kindje was had hij haar op het hoofd geklopt en het toen weer tegen zijn schouder gelegd, dat hoofd, zoo zwaar-vol van leed en twijfel, en hij had haar zijn preutsch liefje, zijn mooi nonnetje genoemd....

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek