Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 mei 2025
Onder de grasplanten hadden wij niet alleen gerst, haver en rogge, maar ook tarwe, die als goud blonk en die men onder de zonnestralen kon bakken. De jaren werden niet geteld, want het eene jaar was even vrolijk als het andere. Aan de eene zijde werden wij door Wraldas zee besloten, waarop geen volk behalve wij, mocht varen, noch konde.
En toen zij ouder werd, hielp zij haar vader werken op het land, of arbeidde zij zelfs wel in het dorp bij de andere bannelingen, om als loon een bundeltje rogge thuis te kunnen brengen. Zoo groeide zij op tot een meisje van vijftien jaar, te midden van veel ijs, sneeuw en duisternis.
"Bang maken beduidt niets!" zeg ik, "ik zal haar na de bruiloft bij het eerste schepel rogge wel wennen." "Verlaat u daar niet op!" zegt mijn oom. "Kent gij het spreekwoord niet: "Vóór de bruiloft wen je bruid: Na de bruiloft is het uit." "Neen," zeg ik, "dat is mij geheel onbekend!" En ik zette een gezicht daarbij, alsof mijn oom mij verteld had dat zij mij tot Paus gemaakt hadden.
De weg is stoffig, en de hagen aan de zijden zijn geheel wit; op de velden is het druk, want het oogenblik is reeds gekomen, waarop haver en rogge moeten geoogst. Boerinnen gaan voorbij met de kruik van roode aarde op den schouder; de sierlijke beweging van den arm, die lichtelijk is gebogen, doet de vormen van haar lichaam onder de lichte bedekking goed uitkomen.
Met den zomer kwamen pieterselie, worteltjes, suikerwortels, radijs, peulen, doperwten, snijbonen, rogge en spelt, waarvan men de onrijpe korrels als groente at.
Terwijl nu de rogge kwijnt in de kleine aren, terwijl de aardappel geen voedsel in den grond vindt, terwijl het vee met roode oogen en snuivend van de hitte zich om de opgedroogde bronnen verdringt, terwijl de angst voor de toekomst de harten dichtsnoert, gaan er wonderlijke geruchten door de streek. "Zulk een bezoeking komt niet zonder reden," zeggen de menschen.
En 't grasveld voor 't huis en 't vijvertje met de bladen en de witte bloemen, met 't riet, dat zachtjes heen en weer ging en de gele lissen en links aan den kant van den tuin de bloeiende accacia's en de jasmijn bij het rhododendronboschje, dat uitgebloeid was en de rogge over den weg, die golvend glansde, al die dingen leken zoo nieuw en zoo mooi.
De rogge werd niet voedzaam toen zij aren zette; 't lentekoren waarvan toen ter tijde 't meeste brood gebakken werd, had dunne aartjes op stengels, die nog geen kwart el hoog waren; de laat gezaaide rapen groeiden niet en zelfs de aardappelen tierden niet in den steenharden grond.
Toen riep ze in verrukking tot haar gade: "Pavo! Pavo! grijp met vreugd den sikkel! Nu zal de overvloed ons hart verkwikken! Nu behoeft geen boomschors ons te voeden, 'k Zal nu brood van louter rogge kneeden!" Pavo nam bedaard heur hand, en zeide: "Vrouw! o vrouw! de Heer wil ons beproeven; Laat ons dan der armen ons ontfermen!
Daar was ze bang en toch blij door geworden. "Hoor je wel, Rödlina?" had ze gezegd, "hoor je, dat ze zeiden, dat er rogge op 't moeras groeien kan? Nu zal ik de kinderen schrijven, dat ze thuis moeten komen. Nu hoeven ze niet langer weg te blijven. Nu kunnen ze hun brood hier thuis verdienen." Het was om dien brief te schrijven, dat ze naar huis was gegaan.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek