United States or Eritrea ? Vote for the TOP Country of the Week !


Toe dan, kom! en tot de menschen, die het geval aangapen, zegt ze schreiend: Hij is pas dertien jaar en moeder is weduwe, en dat's nou al de tweede keer van de week, kom Piet, toe jongen! hou je maar aan me vast. Blijf jelui van m'n lijf af, gemeene rakkers, toe Piet!... is d'r dan niemand die me 'reis helpen wil?

De Sperwer en de drie Klauwieren van onze wouden zijn ook wel booze rakkers; zij alle met elkander richten echter op lange na niet zulk een vernieling aan onder de zangers van het woud als de Vlaamsche Gaai. Hij is de "Negenmaal negen dooder", de "Wurger" in de eigenlijke beteekenis van het woord en als zoodanig versierd met vederpluim en epauletten.

Zij zijn twee broers: Amin en Ragib El Hawadja en de zoon van één hunner. Ik moet lachen om den naam: Hawadja. Want dat is de titel van Europeanen en Christenen. Aanzienlijke Mohammedanen heeten Effendi. Vrijdagavond. Wij hebben gasten. Familie van de vrouw des huizes. Haar vader is jaren lang hoofd geweest van de Wachters, die de Joodsche kolonie Rehoboth beschermen tegen Arabische rakkers.

Zijn er sommigen die hunne ranken bevroeden en openbaar maken, zoo worden zij door hunne rakkers gevat en om hunnen laster verbrand, alles met vele statelijke plegtigheden ter eere der valsche goden. Maar in trouwe, alleen opdat zij hun niet schaden zouden.

Wij zijn maar met ons vieren. Maar wij hebben een geduchte rekening met den Shoet te vereffenen. Hij en zijn rakkers hebben ons te vreezen en niet wij hen. Ik laat al dat tuig met een enkele handbeweging in het stof bijten. Daarbij streek ik verachtelijk mijn rechterhand over het vlak van mijn linker, als vaagde ik al dat tuig weg. Het was volstrekt mijn bedoeling niet om te bluffen of te pochen.

Ik zal ze vinden, de rakkers! en hij neep de vuisten en zocht rond achter de bane om iets te ontwaren waarop hij zijn gramte kon uitwerken. Op 't dorp gingen ze al de herbergen af; ze dronken hun bier met haaste uit en bekeken er de menschen die bij tafel of aan den disch zaten. En nu naar "den Hert" meende Odo, daar gaan we ons verschot afspoelen.

»Ik had dat geweer nog niet, maar ik riep maar: »Ssa! toe jongens! schiet die roode rakkers dood!" en toen deden zij 't." Baas Jansen moest er toch om lachen, zooals die jongen dat vertelde, maar hij brak het gesprek nu af, en klom boven op de aarden verschansing om het terrein op te nemen.

Hij gebood hun het huis van zijn broeders te omsingelen, en twee zouden er hazelroeden meênemen en de overmoedige rakkers de huid van hun rug zoolang warm striemen tot zij wisten wie hij was. Er kwam een hevig opstootje, de menschen liepen te hoop, om de twee mannen in hun nood te hulp te komen, maar zij konden tegen de soldaten niets uitrichten.

We zouden 's nachts met die aangename temperatuur heerlijk geslapen hebben als we niet zoo lastig gevallen waren door de ratten. Telkens werden we verontrust door die brutale rakkers, die niet schroomden verkenningstochten te maken over onze beenen en zelfs over ons hoofd en zich slechts voor korten tijd lieten verjagen door een hun woedend nageworpen schoen en kwalijk onderdrukte verwensching.

Tegen ieders verwachting sterker geworden op een morgen was hij alleen uit bed en op den zolder gekropen, en had zijn "boek met de wildemannen" vóór zich op den vloer gelegd mocht hij eindelijk buiten en spelen met de rakkers van de buurt. Dat ging niet altijd naar wensch. Hij heette "de magere" en zijn jongere, sterkere broer "de dikke." Hij werd gesard en geslagen.