Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 14 juni 2025
»Kijk meesterke," zeide Frits, »ge moet die rakkers maar eens goed op de huid komen, dan worden ze wel handelbaar!" De Zaterdagen en Zondagen had het meesterke vrij, en die dagen waren oasen in zijn leven. Des Zaterdags placht hij bij mooi weer, met een boek in den zak, naar het bosch te wandelen, dat drie kwartier van Jansen's woning was verwijderd, doch tot Jansen's woning behoorde.
Echte rakkers!" en dadelijk wendde hij zich weer tot de volgende cliënten. Soms, maar slechts in enkele gevallen, trad hij als strafrechter op en tuchtigde de dieven met eigen hand. Eens, toen hij uit de fabriek kwam, zag hij een man, die zonder daartoe vergunning te hebben gevraagd, uit het veld kwam met een grooten bos uien. Abd el Sjahid liet hem roepen en de man kwam terstond aanloopen.
Ze willen klagen by pater. 't Is 'n zoodje! Hoe meer je geeft, hoe luier ze worden. En hoe brutaler ook. Dat heb ik altyd opgemerkt. Maar pater begrypt het niet, of hy wil 't niet weten. En als ik zeg: "'t Zyn rakkers, pater!" dan zegt-i dat we-n-allemaal zondaren voor God zyn, en dat hy ook z'n fouten heeft, en bly toe wezen mag dat God hem kleeren en eten geeft, en 'n mooie woning.
"Wel, wel, is het zoo erg? Nu, vertel dan maar op, en zonder omwegen of leugens, versta-je?" "Jawel, burgemeester. Die rakkers ontzien zich zelfs niet, ons, autoriteiten en gezaghebbers, tot mikpunten voor hunne aardigheden te kiezen." De burgemeester begon onbedaarlijk te lachen, zeer tot verbazing van Flipsen. "Zoo, wat hebben ze dan gedaan?"
In 't jaar 1574 wilden eenige Spanjaarden een aanslag op Delft beproeven. Maar tijdig ontdekt zijnde werd hun, toen ze al lang buiten schot waren, een hagelbui van kogels achterna gezonden. Slechts een kalf werd hierdoor gedood: De Navorscher III, bl. 373. Gouderak: Rakkers, berustend op volksetymologie. Schiedam: Toovenaars. Men zegt: "Twintig van Schiedam, negentien kunnen tooveren."
Dan waren nóch de schout nóch zijn rakkers ergens te vinden. Men klopte tevergeefs aan hun deuren. Ze waren spoorloos verdwenen, totdat zij weder zonder gevaar konden naderen, en de delinquent door de burgers zelf gevangen was genomen. Dan klonken hun krijgshaftige passen al dichter en dichterbij. Hun oogen waren klein en stekelig.
Traag roerde heel die woeling van rakkers en dompelaars, wiegde gelijk een werking van golven over het plein, breidde zich uit en gleed, met pakjes bijeenloopers, langs de lanen, langzaam naar het Volkshuis op. Om het station zelf verminderde de drang nauwelijks.
Ik zocht dekking in den rug, omdat ik wist dat die rakkers je altijd van achteren aanpakken, maar dat gaat in zoo'n oogenblik niet zoo gemakkelijk. Groote dikke boomen waren daar niet en als die apen, 't was een kwaadaardig soort me in den rug hadden kunnen aanvallen, zouden ze mij gewoon weg hebben afgemaakt. Daar had ik nu nog geen bepaalden trek in, begrijp je?
De arme oude begon zich ten slotte te vervelen, en gebruik makende van het gedruisch van een bord dat brak, ging ze ijlings heen, onder het mompelen van: "Jezus! wacht maar, rakkers!" En ze verscheen niet meer. Wat de mannen aangaat, die maakten wel meer leven.
Men heeft mij verteld, dat eenige ondeugende rakkers op zekeren dag overeenkwamen den klokkeluider van de Kathedraal om te koopen, zoodat hij het angelus twintig minuten vóor den wettigen tijd liet slaan.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek