United States or Montenegro ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij was in-en ingoed, te doorvoed om veel te denken; hij had van alles genoten en gaf niets om het leven, dat maar eene comedie was, die gemiddeld zes en dertig jaren duurde, volgens de statistiek. Hij maakte enkele pretenties op eene filosofische levensbeschouwing, maar eigenlijk bestond deze in een uit-den-weg ruimen van alles wat niet amusant was. Nu, Bertie w

Naar het uiterlijke kunnen we de stad niet beter leeren kennen dan in een weinig bekend boekje, een reisbeschrijving van den Hollander Van den Bergh. De auteur geeft blijk van geest en opmerkingsvermogen; zijn werkje is zonder literaire pretenties geschreven.

In Motiers voelde hij zich spoedig geheel eigen, al hield hij in 't algemeen niet van 't slag menschen, hij vond ze vol pretenties en ijdel, van een overdreven, gemaakte vormelijkheid die hem verveelde en ergerde. Maar hij maakte toch verscheiden vrienden en vriendinnen, jonge meisjes en jonge vrouwtjes uit de buurt, aan wie hij zijn kantjes beloofden als zij zelf hun eerste kind zoogden.

Zij zal met haar fijn bekje »neen" tegen haar ooms zeggen, terwijl zij hun een hartelijken kus op beide wangen zal geven, en die ooms zullen dan de verbaasden spelen, dat zij ook maar een oogenblik een gedachte hebben kunnen wijden aan zoo'n minnaar, wiens pretenties mij volstrekt niet aanstaan." »En mij ook niet, mavourneen!"

»Misschien lacht gij om mijne pretenties, Frits! gij die weet wat Piet Snibs was in de woning zijner moeder?" »Neen, Piet! geloof mij, ik lach niet" sprak Frits ernstig, »juist omdat ik dit alles weet, treft het mij te meer u zóó te leeren kennen."

Zonder dat haar de dwaze vooroordeelen en pretenties van zooveel bevallige bewoonsters van de Europeesche steden aankleefden, zag ze er volstrekt niet tegen op hare blanke handjes te gebruiken om een puddingdeeg te kneeden, ook niet om een oog op het gereed maken van het middagmaal te houden, en nog minder om na te gaan of het linnen in het huisgezin in goeden staat was.

Haar pretenties waren schering en inslag. "Ik hoef niet te gaan slapen terwijl onze broer 's morgens een uurtje naar bed moet om te rusten." "Ik mag naast tante E. aan tafel zitten." Jet en Han waren dit gewend. "Ik moet tante E. op straat een arm geven," een voorrecht, dat zus en broer noode afstonden. "Waarom jij?" vroeg ik al gauw, haar hoogst verbaasd aanziende. ......Nou...e, nou......

Maar ik heb niet geaarzeld, om, na mijzelf het kunstgenot van de beschouwing der oorspronkelijke foto's gegund te hebben, ook boven deze korte aanteekeningen, die niet de bedoeling en pretenties van "Bijschrift" willen hebben, te schrijven "In de Amsterdamsche Jodenbuurt". Want het toeval wilde ditmaal, dat ik juist rondliep vol Jodenbuurtsche indrukken. En van zeer bijzonderen aard.