Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 1 mei 2025
Als men de israëlietische families mag gelooven, door de vervolging al sinds vijf eeuwen naar de overzijde der straat van Gibraltar teruggedreven, zouden de Hebreeërs in Spanje zijn gekomen na de vernietiging van Jeruzalem door Titus.
Hoera! riep de kapitein, nu er op af! en hij dreef zijn paard te water, gevolgd door Dries en ook door Mohammed, die juist aankwam. De beek was, hoewel helder en snelvlietend, niet diep, zoodat op de diepste plaats het water slechts tot aan de borst der paarden kwam. Aan de overzijde hadden de zwijnen zich luid knorrend rondom hun gevallen aanvoerder verzameld en besnuffelden hem aan alle kanten.
Aan de overzijde rijst de grond langzaam; de weg rijst en daalt tusschen kleine heuvelen, met thym en struikgewas bewassen.
De jongste broeder van zijne moeder is voor eenige dagen doodgeschoten in een twist aan de overzijde van den Jordaan. In het gebied van den Emir Feisul. Toen Saïd uit Hebron thuis is gekomen, heeft hij het gehoord. Gisteren is het lijk overgebracht. En vandaag is er een familievergadering in een dorp dichtbij, wat te doen. Want men kan dezen moord niet zoo maar ongewroken laten.
Naar het schijnt, komt onze Mangoeste in geheel Oost-Afrika van de Kaap de Goede Hoop tot aan Abessinië en tot aan de overzijde, in West-Afrika, in tamelijk groot aantal voor. De fonkelende oogen van deze sierlijke Viverre verraden haar bloedgierigen aard.
Wanneer wij den blik naar de overzijde wenden, ontdekt gij het nederig bedehuis eener Christelijk-Gereformeerde gemeente, die er, zonder inmenging van staats- of stadsbestuur, vrij spoedig in slaagde zich eene vergaderplaats tot godsdienstig doeleinde te verzekeren, welke hoewel niet weelderig ingericht, althans uit steen is opgetrokken en aan de eenvoudige eischen van den daarin uitgeoefend wordenden eeredienst voldoet.
Velasco, die dit vendel der belegeraars aanvoerde en achter een dijkje aan de overzijde der rivier voor het geschut beveiligd lag, bedwong hun drift, tot al zijn manschappen vereenigd waren.
Och Heer! dacht ik, wat zal er nu gebeuren? Zoodra ik kon, liep ik naar boven naar Lisette; zij stond aan het raam en keek naar de overzijde, naar het slot; en toen ik mijn arm om haar heen wilde slaan, sprak zij heel zacht: "Het is genoeg, Marietje! Waarmede zoudt gij mij ook kunnen troosten? Ga maar naar beneden, ga maar! ik zal mij wel alleen redden."
»Goed, goed, Louis!" viel de Kommandant hem in de rede, en vroeg met klimmende angst: »Wie zijn de mannen van de brandwacht?" »Oom, gisteravond zijn maar vijf man uitgegaan: Koos Labuschagne, Klein Koos Uijs, Floris en Cornelis Botha en mijn broer Stefanus.." De Kommandant bespiedde weer aandachtig de overzijde van de vallei: »Dat zijn vijf kloeke mannen, en voorzichtig ook.
Een dezer bronnen of bekkens was, naar het zeggen, zoo breed, dat men te nauwernood de overzijde kon zien.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek