United States or Poland ? Vote for the TOP Country of the Week !


De Geschubde Glansspreeuw is over geheel Middel-Afrika en een deel van West-Arabië verbreid; hij bewoont bij voorkeur bergachtige streken en komt in Abessinië nog voor op een hoogte van 2500 M., op sommige plaatsen misschien nog hooger. Zelfs in Abessinië, dat zoo rijk is aan fraai gekleurde Vogels, valt de Geschubde Glansspreeuw wegens de kleurenpracht van zijne vederen in 't oog.

Totale lengte 16, staartlengte 8 cM. In moordzucht doet hij voor geen zijner verwanten onder. Zijn kop is, met uitzondering van de keel, tot over den mantel bruinzwart. Zijn verbreidingsgebied strekt zich tot Abessinië uit. De oogen zijn roodbruin, de pooten loodkleurig grijs met groenachtigen weerschijn; de snavel is zwart. Totale lengte 21, staartlengte 9 cM.

De iris is rood, de snavel zwart, de poot vleeschkleurig. De Wielewaalwever bewoont Abessinië van de kust van de Roode Zee tot in het hooge gebergte, bovendien echter geheel Oost-Soedan; op voor hem geschikte plaatsen is hij zeer talrijk. Bij de Boomwevers komen als 't ware de eigenschappen van verschillende Vinken vereenigd voor. Dit is aan geheel hun uiterlijk zichtbaar.

In Abessinië ontmoet men deze Vogels in de met bosch bedekte waterrijke dalen van tamelijk hoog gelegen bergstreken, daar waar de candelaber-euphorbia gevonden wordt, hetzij in troepen of in kleine familiën, welker wijze van vliegen aan die van onzen Vlaamschen Gaai herinnert.

De Moeras-Los (Lynx Chaus), die de moerassige en met bosch begroeide gewesten aan de oevers van de Kaspische Zee en van het meer van Arel, in Perzië, Syrië, Egypte, Nubië en Abessinië bewoont, is, evenals de Karakal, slank gebouwd en hoog op de pooten. Zijn staart is echter langer, zijne oorkwastjes zijn veel kleiner. Zijn vacht is meer gevuld, over 't algemeen van geelachtige grijze of groen-geel-grijsachtige kleur, waarop onduidelijke donkere strepen zichtbaar zijn. De lichaamslengte bedraagt ongeveer 90 cM., waarvan 26

In de rivieren van Oost-, Zuid- en West-Afrika vindt men de Nijlpaarden veel nader bij de kust, dan in de noordelijke helft van dit werelddeel; zelfs zwemmen zij daar niet zelden op korten afstand van den riviermond in de zee. Stroomopwaarts gaan zij, zoover de strooming het hun veroorlooft; daarom zijn zij nog inheemsch in het Tana-meer in Abessinië, dat 1940 M. hoog gelegen is.

In Abessinië en Oost-Soedan leven beide soorten op dezelfde plaatsen; verder zuidwaarts echter wordt de Gevlekte soort steeds veelvuldiger en ten slotte de eenige. In Abessinië is zij algemeen, in de gebergten komt zij tot op 4000 M. boven den zeespiegel voor.

Men fokt uitsluitend Muildieren, omdat deze beter geschikt zijn voor het gebruik. Alleen in Spanje en Abessinië heb ik Muilezels gezien. Het Muildier vereenigt de goede eigenschappen van zijne beide ouders in zich. Zijne soberheid en volharding, zijn zachten, vasten tred zijn erfstukken van den Ezel, zijne kracht en moed een geschenk van zijn moeder. In alle bergstreken acht men de Muildieren onmisbaar; voor de bewoners van Zuid-Amerika zijn zij niet minder noodig dan voor de Arabieren het Kameel. Een goed Muildier draagt een last van 150 KG. en legt hiermede iederen dag een weg van 20

Het verbreidingsgebied van de Gazelle strekt zich uit van Barbarije tot Arabië en Syrië, van de kust van de Middellandsche Zee tot aan de bergen van Abessinië en de steppen van Centraal-Afrika.

Alleen ontbreken haar de als 't ware afgehakte staart, de lichte vlek aan de keel en de donkere kleur der zolen. Daar waar deze kenmerken wel eenigszins, maar niet volkomen duidelijk voorkomen, heeft men misschien met bastaarden te doen. Latere verzamelaars hebben haar gevonden in geheel Soedan, in Abessinië, in het diepste binnenland van Afrika en ook in Palestina.