Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 15 juni 2025


Zijn winterreis strekt zich tot in Middel-Afrika uit; ongetwijfeld begeven alleen de in Europa woonachtige exemplaren zich zoo ver zuidwaarts. De Egyptische verlaten hun vaderland niet in de maanden, die met onzen winter overeenkomen. Deze geven beslist de voorkeur aan de over 't Nijldal verspreide, kleine mimosaboschjes. Zelden ontmoet men dezen Vogel hier alleen.

Toch mijdt zij in den regel zoowel de zee, als de stroomen en rivieren; het liefst vestigt zij zich bij meren en plassen, welker oevers met riet en dergelijke hooge planten begroeid zijn. In den winter bewoont zij de strandmeren en waterrijke moerassen van Zuid-Europa, Noord- en Middel-Afrika en maakt geen onderscheid tusschen zoet en zout water.

Koloniën van Wevervogels kunnen als een in 't oog loopende eigenaardigheid van Middel-Afrika, Indië en de eilanden van den Indischen Archipel beschouwd worden. Een kenmerkende eigenschap van deze aanvallige bouwmeesters is, dat zij bij 't broeden steeds tot groote gezelschappen vereenigd zijn.

De Wevervogels worden zoo genoemd, omdat vele soorten van deze groep een groot, kunstig geweven nest vervaardigen. Deze nesten verschaffen aan sommige boomen van Middel-Afrika en Zuid-Azië een prachtigen opschik. De gevederde kunstenaars geven de voorkeur aan boomen, die met een deel van hun kroon een water overschaduwen; soms zijn deze letterlijk bedekt met nesten.

De Klauwiervogels bewonen boschjes te midden van akkers en weiden, hagen en struiken op bouwland, tuinen en alleenstaande boomen, welker hoogste twijgspitsen hun gewone zitplaats zijn. De meeste, in 't noorden broedende soorten trekken geregeld naar 't zuiden en strekken hare reizen tot in Middel-Afrika uit.

De pooten hebben een dikken, korten loop en lange teenen met sterk gekromde, spitse, zijdelings samengedrukte nagels. De iris en een naakte ring om het oog zijn goudgeel, de pooten bruin; de snavel is lichtrood. Totale lengte 21, staartlengte 9 cM. Het verbreidingsgebied van dezen Vogel omvat geheel Middel-Afrika.

Zijn winterreis strekt hij uit tot in de groote wouden van Middel-Afrika; hier is hij gedurende den regentijd en kort daarna buitengewoon veelvuldig.

De oogen zijn bruin, de snavel en de pooten rood. Deze Vogel werd in West-Afrika ontdekt, later echter ook op de Kaapverdische eilanden en door geheel Middel-Afrika heen tot in Abessinië gevonden. Gedurende den geheelen dag ziet men hem van een boomtak af jacht maken op Sprinkhanen en andere Insecten en telkens weer naar zijn zitplaats terugkeeren.

Gedurende het leven vertoonen de veeren een blauwachtig waas, waardoor deze een grijsachtige tint verkrijgen. Totale lengte 99, staartlengte 22 cM. Het vaderland van dezen Vogel in Middel-Afrika wordt naar 't noorden begrensd door den parallelcirkel van 16° N.B., oostwaarts en westwaarts door den Oceaan. In Zuid-Afrika wordt hij door een nauw verwante soort vervangen.

In den zomer zweemt de kleur van kop en hals naar grijs. Het oog is lichtbruin, de snavel roodachtig bruingrijs, de poot loodkleurig grijs. Totale lengte 29, staartlengte 2 cM. Zuid-Europa bezoekt hij geregeld op den trek, maar broedt er, naar het schijnt, slechts bij uitzondering; zijn winterreis strekt zich, naar mij gebleken is, tot in Middel-Afrika uit.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek