United States or Tanzania ? Vote for the TOP Country of the Week !


»Maar het is toch in elk geval beter dan het koren in een koffiemolen te malen vind je niet Charles?" zegt Lena vroolijk. »Ja zeker," lacht hij, »dat geef ik je gewonnen." Nu slaan ze de lange oprijlaan in, rijden de hutten der Kaffers voorbij, die bij baas Kloppers in dienst zijn, en komen op het erf. Er staan thans twee flinke woongebouwen.

Er lag iets sympathieks in het gelaat van dezen Engelschman. Op een heuvel komende, hield hij de hand voor de oogen, want de zon brandde op het zanderige, onbeschaduwde »transportpad", en tuurde aandachtig recht voor zich uit, naar den horizon. Duidelijk zag hij thans, wat hij zocht; een groep hoog opgeschoten gomboomen en een lange, rechte oprijlaan.

Een hondenkar bespannen met vier groote honden kwam ratelend in wilden ren en woest geblaf over den steenweg aangereden, en in de verte, tusschen de boomen der oprijlaan, zagen de slijters boer Kneuvels met twee versche flesschen jenever aankomen. Zij juichten hem met rauw geschreeuw van verre te gemoet, zwaaiend met hun petten en hun handen....

Doch toen hij aan het houten hek, aan het einde der oprijlaan, was gekomen, keek hij nog eenmaal om en brulde: »Stikken kan hij voor mijn part hij kan stikken, de rekel!" En met deze even onbetamelijke als onchristelijke uitdrukking verliet hij Waterfontein, om er nooit terug te komen.

En het Barontje jubelde; hij stond als 't ware in de hall te trippelen en te dansen, hij klopte zijn mannetjes op den schouder en nam hen vleierig bij den arm en op de stoep groette en wuifde hij hen nog na, tot ze buiten 't hek en in de oprijlaan verdwenen waren. Eerst daar konden zij eindelijk weer op adem komen.

Doch Marling zelf had tot op dezen morgen met niemand over de teedere zaak gesproken, zelfs niet met Lena, die zoo even met een vollen emmer melk in het »kookhuis", tegenover het woongebouw, was verdwenen. De oprijlaan af naderde thans de oude Kloppers. Hij had het geweer over den rug en den bandelier met de scherpe patronen over den schouder. Hem volgden, achter elkander, twee kaffers.

De groote kettinghonden liggen het is een warme namiddag met de tongen uit den breeden muil te doezelen naast hun hokken, en kafferliederen noch kinderstemmen worden gehoord. Slechts een paar struisvogels stappen met lange pooten over het erf, en eenige kalveren hebben zich naast hun moeders neergevleid in de schaduw van het geboomte, dat de oprijlaan omzoomt.

Zelfs wanneer ge door het hek zijt gegaan, en links de groote woningen in zwitserschen stijl van den rentmeester en van de bedienden, door boomen omringd, uwe aandacht trekken, blijft het kasteel zelf nog onzichtbaar; eerst als ge den laatsten hoek van de oprijlaan zijt omgeslagen, ziet ge den kleinen witten gevel voor u, die wel als verloren schijnt tusschen de hooge rotswanden en den donkeren dennenheuvel.

Aan de sparre-en palmboompjes, op de helling tusschen de oprijlaan en het straatje, zag zij voor altijd verdorde grijsbruine takjes Voor haar uit, in de wijde opening, waarover van de wolkendikten grijze lichting neêrdroefde, was het stoffige Florabeeld, met zijn ongewasschen gezicht, met zwarterigheid in de oogen en aan de borsten. Al uitgebloeide seringetakjes waren er boven.

Een groot en sierlijk hek van gegoten ijzer, op een kwistige wijze met krullen en strikken begiftigd, en hangende tusschen twee zeshoekige pilasters, waarboven marmeren vazen prijkten, geleidde tot de oprijlaan: deze was als bemuurd tusschen twee geschoren beukenhagen van een reusachtige hoogte, en over haar geheele lengte belegd met twee evenwijdige, glad afgemaaide en gerolde grasstrooken, waartusschen de rijweg liep, en langs welken aan weerskanten de met lekzand bedekte voetpaden liepen, van afstand tot afstand met zonnebloemen en stokrozen beplant.