United States or Gambia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dus de Keizer zal niet verschijnen? vroeg de oude Verginius Rufus: hij was tusschen Plinius en Frontinus binnen gekomen; zij hadden hun bronzen tesseræ, met den maskerkop er op gegraveerd, den opzichter overhandigd; zij namen plaats nadat de opzichters hunne kussens beleefderig hadden opgeschikt: zij groetten, hier en daar, toe naar de ridderbanken; zij wuifden naar de Senatoren de hand; Senatoren stonden op, begroetten hen; er was onderlinge plichtpleging.

Hij klopte als gewoonlijk 't vuur uit zijne pijp, keek over de werf die levenloos en goed opgeschikt lag heel de lange wintermaanden, maar hij vond niets om over te vitten tegen 't werkvolk. Huis en staldeuren en schuurpoorten en luchtgaten, 't was alles zorgvuldig dichtgestopt en stil, 't scheen er bachten al uit verhuisd geen beest dat leven miek.

Zij behoorde tot het genootschap der H. Maagd, droeg op sommige feestdagen een witten sluier, prevelde bijzondere gebeden, vereerde het "heilige bloed" en "het heilige hart", kon uren lang aandachtig voor een kakelbont opgeschikt jezuïetisch altaar in een afzonderlijke, voor 't geloovig gemeen gesloten kapel blijven liggen, en liet daar haar ziel omhoog stijgen naar marmeren wolkjes en groote vergulde houten stralen.

Ze zei ook, tot verbazing van den winkel-meneer, en van haar zelf, telkens iets raaks en ongewoons; de man keek bij herhaling vruchteloos op zij, naar Paul, als om zijn hulp te zoeken tegen wat zij aan te merken had; zijn mooiste meubels waren niet goed, zij vond ze haast alle te opgeschikt, te oneenvoudig.... Maar toen Paul maar aldoor zwijgen bleef, werd ze in-eens verlegen, verbeeldde ze zich plotsling vast veel dwaze en domme dingen gezegd te hebben..., en dat hij zweeg uit ergernis, of om haar te sparen.

Eene slede houdt voor de deur stil: het is de oude grootmoeder, welke haar petekind, haar juweeltje, toch ook eens opgeschikt zien wil: het lieve meisje gaat voor haar staan, draait en wendt zich om en om, verhaalt van wie zij die kam ontving, hoe mama van hare eigene bloedkoralen een snoer voor hare dochter afgestaan heeft: waar zij de bloemen gekocht heeft, die het eenvoudig kleed garneeren, enz.

Aan den kant van de poort van Rome, zag ik verscheidene muilezels, die zeer aardig waren opgeschikt met groote pluimen op den kop, en hebbende aan het hoofdstel, onder andere sieraden, kleine spiegeltjes; zij hadden bellen of klokjes aan den hals, en een net met voedsel aan den bek; de koopmanschappen, die zij droegen, waren met een soort van tapijt gedekt, en de voerlieden van deze karavane schenen Italianen; alle die bellen maakten een aardig klokkespel.

Aan het hoofd der karavaan gaan de krachtigste paarden, uitgedost en opgeschikt als andalusische muilezels, en allen voorzien van koperen bellen van verschillende grootte: sommigen hangen om den hals der paarden en zijn niet grooter dan kleine schelletjes, zooals de schapen dragen; anderen, tot vijftig duim lang, hangen langs de zijden van het paard en geven een zwaar geluid, bijna als kerkklokken; dikwijls zijn zij, naar gelang van de grootte, in elkander gevat, zoodat iedere bel als het ware de klepel is van diegene waarin zij hangt.

'Dat is mooi, dat is heerlijk! riep Johannes; hij genoot bij het zien van zooveel kleur en licht en bloemen. 'Wat gebeurt daar? Mogen wij daarin? 'Zoo, vindt je dit nu toch mooi? Of verkies je soms liever een konijnenhol? Zie die menschen eens lachen en buigen en schitteren; zie eens hoe deftig en glad die mannen, hoe bont en opgeschikt die vrouwen!

Dit paviljoen is het Frascati van Marseille: de stijve welvoeglijkheid wordt 'er dan ook zeer in acht genomen; men moet eenigzins naar de mode opgeschikt zijn, en zijn hoed afleggen; ook ziet men 'er niets anders dan een menigte strijkaadjes en dienaressen.

Ziet er uw lichaam op aan: gezond, sterk, vlug, gehoorzaam aan uwen wil, gevoed, gevierd, gekleed, opgeschikt! Er zal een tijd komen dat het daar nederligt nederligt op een bed, hoop ik! , zielloos, koud, stijf, in een enkele doodswa gehuld, onder een lang wit laken als een steen. Het is nu nog het uwe: het zal dan het uwe niet meer zijn. Gij zijt dan niet meer een persoon, maar een ding.