United States or United States Minor Outlying Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Reeds is de morgenster verbleekt en de zon gaat op boven de verwoesting. Een twintigtal mannelijke Kaffers arbeiders en knechten op Waterfontein staan bij de gehavende doch door het vuur gespaarde wagenschuur. Baas Jansen heeft hen bij die schuur bescheiden, en hij zal gericht houden over zijn volk. Langzaam nadert hij de groep.

Daar Memphis een zeer belangrijk godsdienstig centrum is, moest zijn doodengod en zijn koninkrijk opgenomen worden in de Duat van Ra, ten spijt van het feit, dat het een waterlooze woestijn was en dat het eindigde met de Morgenster.

En terwijl zij met de hand naar het oosten wijst, roept zij: »Zie, de morgenster verbleekt de nacht is voorbij de nieuwe dag is aan 't komen! Op Charles! Ik verlang naar uw Albert, naar mijn kind! En 't is een groote taak, die ons wacht! Wij willen arbeiden aan het heil onzer Republiek!"

Het plechtige licht van den dageraad en de engelenglans der morgenster hadden ook door het venster geschenen van de ruwe schuur, waar Tom nog lag, en als op de stralen der ster nederdalende, waren hem de woorden toegezonden: "Ik ben de wortel van het geslacht Davids, de blinkende morgenster."

Aurora's bode, de morgenster, bij welker verschijning de geesten, die wegens misdrijven geen rust vinden, of de zelfmoordenaars, die deels aan een kruisweg begraven zijn, deels in het water liggen, hun omwaren staken. Aurora's lieveling van reg. 389 is de schoone jager Cephalus, zie V. 1. 200. Tangen en botten, een dorpsmuziek, waarbij op tangen en beenderen geslagen werd.

In een der schoonsten dier Alba's is het een vriend die in de tuin op wacht staat en die God bidt om hem zijn kameraad ongedeerd terug te geven en hij roept de kamer in: »Beste vriend, slaap niet langer, in het Oosten is de morgenster opgekomen, ik heb die duidelik gezien en nu is het weldra morgen.

'k hoor De kleine, klare, zilvren luit waarmee De jonge Geest speelt in de Morgenster. Nu moet gij gaan. Uw paarden zullen rusten Vanavond tot zoolang zeg 'k u vaarwel. Het luide diep roept mij juist nu naar huis, Om het te voeden met azuren kalmte Uit de smaragden urnen, die voor eeuwig Gevuld, neven mijn troon staan.

Voor de Boot van Ra beweegt zich de Morgenster in de gedaante van een tweehoofdige slang, die op beenen loopt, en op haar hoofd bevinden zich de kronen van het Zuidelijke Land en het Noordelijke Land; tusschen haar kronkels bevindt zich de groote sperwer uit de lucht; Leider van den Hemel is haar naam, want de sterren van den hemel volgen haar, maar de menschen noemen haar Hesper en ook wel Lucifer.

Zij rijden tot de morgenster Verbleekt aan 's hemels trans; Zij rijden tot de dag hen groet In morgen-zonneglans! 't Is nacht. Helder flonkeren de sterren aan den diepblauwen, Afrikaanschen hemel, en de maan, die boven de verre heuvelen uitkomt, hult het eindelooze veld in een waas van witzilveren licht. Hoe stil het is hoe vredig! Alles slaapt; alles rust.

Als deze ontrouwe echter de rooskleurige Morgenster het hof maakt, dan grijpt "Perkronos", de god van den donder, het zwaard, en verminkt de volle Maan tot straf het gelaat, terwijl hij hem toeroept: Waarom hebt gij de zon verlaten? Waarom bij 't morgenrood vertoefd? Waarom des nachts alleen gedoold?