Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 10 juni 2025


"Doe maar open; dan komt alles weder te recht." Na lang vragen en redeneeren deed mamsel Westphalen toch eindelijk open, en daar stond zij nu: haar aangezicht was rood en de tranen liepen haar langs de wangen. Maar tot op den huidigen dag weet nog niemand met zekerheid, of het van aandoening was of van den rook.

"Mevrouw Reuter!" riep hij. "Schrik niet! Mijnheer de baljuw! 't Is wat goeds! 't Is wat goeds, mevrouw Weber! Mamsel Westphalen, hoe is 't mogelijk! Onze burgemeester is de Fransozen ontloopen!" Och, goede hemel, wat gaf dat eene beweging!

"Frits Sahlmann," vraagt mamsel Westphalen "verroert hij zich niet?" "Neen mammesel." "Frits Sahlmann, ik weet, dat je somwijlen een wauwelaar bent; en je menigmaal met onwaarheden ophoudt; ik vraag het je, op je geweten af: verroert hij zich volstrekt niet?" "Neen, mammesel, volstrekt niet, in 't geheel niet."

Op dit punt moest de baljuw dus toegeven, en toen mamsel Westphalen naar hare kamer was gegaan, om voor zich in allerijl een' doek en eene warme wollen muts te halen, liep de oude heer met groote schreden, in gedachten verdiept, op en neder en zwaaide met zijn Jena'schen "Ziegenhainer" in de lucht rond, want zonder dezen ging hij van zijn leven niet uit.

De oude schout keek mamsel Westphalen aan en dan weêr mijnheer den baljuw; hij was geheel ontsteld; al de tegenwerpingen, die hij gemaakt had, waren wederlegd; hij zocht naar nieuwe en vond die niet, totdat hem ten laatste datgene inviel, wat hem op 't laatst altijd inviel; hij krabde zich dus achter de ooren en zeide: "Ja, mijnheer de baljuw, ik moest eerst hooren wat moeder ervan zegt."

Den anderen middag gebeurde het weder eens, dat de oorlogs- en bagagewagen van den baljuw gesmeerd werd, en hij en zijn vriend Renatus Von Toll zaten er naderhand in en reden de Malchinsche poort uit. "Juffrouw Stahl," zeide mamsel Westphalen later: daar zaten zij beiden te zamen in het rijtuig en keken zoo vriendelijk en onschuldig in de wereld rond als een paar pasgeboren tweelingen.

Mamsel Westphalen heeft naderhand dikwijls en op velerlei tijden van dit verhoor, en hare gewaarwordingen daarbij, verteld; maar altijd begon zij met te zeggen, dat zij te moede was geweest, alsof zij op den Stavenhager klokketoren gestaan had, en al de klokken, groot en klein, haar in de ooren hadden geklonken; en toen mijnheer de baljuw van haar weggegaan was, was het geweest, alsof eene witte duif uit een galmgat van den toren was gevlogen, die zij wel had willen naspringen op leven of dood; maar de kerel, dien ze voor een auditeur uitscholden, had haar aan haren rokrand vast gehouden.

Wij zijn hier wegens het onchristelijke leven, dat hier gehouden wordt terwijl het tijd is van slapen, en omdat de angstkreten van mijnheer Droi tot ons zijn doorgedrongen. En draait je nu om!" De beide dienstmeisjes en mamsel Westphalen keeren zich nu om, en laten de Franschen haren rug zien, en de mamsel zegt: "Mijnheer de Fransche overste, wat moet dat, wat is dat, en wat beduidt dat?

"Dat is ook het beste," zegt mamsel Westphalen, "dan zijn wij hem kwijt. Mijnheer Droi, vat eens aan!" En de één van de "grande nation" pakte den ander van de "grande nation" aan de beenen, en Frederik vatte hem boven aan het hoofd; Frits Sahlmann droeg het licht, mamsel Westphalen kommandeerde het geheel, en de molenaar kwam, een' kleinen boog beschrijvende, achteraan.

Welk een aanblik van haar bed mamsel Westphalen kreeg, en waarom zij zich door Caroline een paar klappen in den nek liet geven. Waarom Frits Sahlmann de pijpen van den baljuw breekt, en de Fransche overste bijna den degen had getrokken.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek