Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 21 juni 2025


De bedelaar stond op en ging met gebogen hoofd en sleependen tred naar de deur. Die vrouw maakte hem den weg naar de groote bosschen moeilijk. Toen hij bij de deur was, moest hij omzien. Toen ontmoetten zijn oogen die van de Majoorske, die hem stil nazag. Hij had nooit zulk een verandering op een gezicht gezien, en hij bleef staan en staarde haar aan.

"niets verstandigs, nuttigs of oudewijfachtigs uit te voeren;" en ze waren er nu zeker van, dat de Majoorske een booze heks was, die hen in het verderf had willen storten. De oude Eberhard, de philosoof, stak hierom den gek met hen; maar wie gaf er nu iets om wat hij zei?

"Ik wil jelui Ekeby geven, hoor je?" Zij sprak hard en scherp, zonder eenige vriendelijkheid. Hij werd steeds angstiger. "Breng de ouden niet in zulk een verzoeking, Majoorske; dat zou hen immers tot lichtzinnige zwierbollen maken. Rijke kavaliers! Goede hemel wat zou er van ons worden!" "Ik wil je Ekeby geven, Gösta! maar dan moet je beloven je vrouw haar vrijheid te geven.

Zij begon den strijd met hem te zeggen, dat de dochter van den predikant haar slee en haar meel teruggekregen had, en dat zij, de Majoorske, een tehuis voor hem had, in den vleugel van de "kavaliers," op Ekeby. Zij bood hem een leven van vreugd en heerlijkheid aan, maar hij antwoordde, dat hij sterven moest. Toen sloeg zij met de vuist op tafel en zei hem de waarheid in ronde woorden. "Zoo!

Hier is een tafel en hier zijn banken. De kavaliers houden kerstnacht in de smidse. Hier is geraas en vroolijkheid, muziek en zang. 't Gedruisch van 't middernachtelijk feest wekt niemand. Al 't getier en gestommel in de smidse wordt verdoofd door 't machtige bruisen van den waterval daarbuiten. Daar is geraas en vroolijkheid! Als Mevrouw de Majoorske hen nu eens zag? Nu, wat zou dat!

"De Majoorske is heel ziek," zei de gravin zacht. "Dat ben ik, erger dan ooit te voren." Weer werd het stil. Toen sprak de Majoorske op eens, met een harde, scherpe stem: "'t Is wonderlijk om aan te denken, dat ook gravin Elisabeth, die iedereen liefheeft, een echtbreekster is." De jonge gravin kromp ineen. "Ja, al is 't niet in daden, dan toch in gedachten en wenschen, en dat is hetzelfde.

"'t Is allemaal onzin," zegt Gösta Berling. "Kavaliers, laat je toch niet door hem voor den gek houden. Wat zijn wij tegenover de Majoorske! Laat het met onze zielen gaan zooals 't moet; maar met mijn toestemming zullen we ons niet aanstellen als ondankbare vlegels, als schurken en verraders. Ik heb te lang het brood van de Majoorske gegeten om haar nu af vallen."

"Je moet zweren," zegt ze, "dat je nooit meer naar Ekeby terug zult komen." "Och loop, oude tooverheks!" "Je moet zweren," zegt zij, "anders gooi ik je in den kavaliersvleugel, gebonden en wel, en dan verbrand je levendig, want van nacht verbrand ik den kavaliersvleugel. Nu weet je 't!" "Dat durft de Majoorske toch niet." "Durf ik 't niet? Behoort Ekeby mij niet toe? Jelui schelmen!

Ik, die hier lig, voel, dat het 't zelfde is." "Dat weet ik, Majoorske." "En toch ben je nu gelukkig geworden. Je kunt hem, dien je lief hebt, zonder zonde bezitten; het zwarte spook staat niet tusschen jelui, als je elkaar ontmoet. Voor de wereld kun je elkaar toebehooren. Je kunt naast elkaar door 't leven gaan." "Ach, lieve Majoorske...."

"Je wilt niet antwoorden, dat merk ik wel. Dan is 't wel waar wat Sintram zei." En Gösta gaat naar de kavaliers terug, en steekt geen vinger uit om de Majoorske te helpen. Och! had de Majoorske de kavaliers toch maar niet aan een aparte tafel in den hoek gezet! Nu zijn de gedachten van den vorigen nacht in hun hersens ontwaakt.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek