Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 26 juni 2025
"Hij rouwt over den bisschop van D.," zeide men in de gezelschappen; dit verhief mijnheer Madeleine niet weinig en schonk hem eensklaps een zeker aanzien in de aristocratische wereld te M. sur M. De microscopische voorstad Saint-Germain van het stadje dacht er aan, mijnheer Madeleine in haar kringen op te nemen, daar hij waarschijnlijk de bloedverwant van een bisschop was.
Mijnheer Madeleine stond reeds een uur op deze plek. Hij wachtte Fantine's ontwaken. Nu nam hij haar hand, voelde haar den pols, en antwoordde: "Hoe gaat het?" "Goed," zeide zij, "ik heb geslapen, en geloof dat het betert, 't Zal spoedig over zijn." Hij hernam, op haar eerste vraag, alsof hij niets anders verstaan had: "Ik bad tot den lijder daarboven."
Aldus verdween dit spooksel, dat mijnheer Madeleine heette, uit M. sur M. Slechts drie of vier personen in de stad hielden zijn gedachtenis in eere. De oude portierster, welke bij hem gediend had, behoorde tot dit getal. Den avond van dien zelfden dag zat de goede oude vrouw in haar loge, nog geheel ontsteld en in treurige gedachten verdiept.
Javert gevoelde zich blijkbaar een weinig van zijn stuk gebracht door de volkomene gerustheid en natuurlijkheid van den heer Madeleine. Op zekeren dag evenwel scheen zijn zonderlinge handelwijze op den heer Madeleine eenigen indruk te maken, en wel bij de volgende gelegenheid.
Hij had den aanvang van Madeleine niet gezien. Javert had den post, dien hij bekleedde, te danken aan den heer Chabouillet, den secretaris van den minister van staat Anglès, die destijds prefect van politie te Parijs was. Toen Javert te M. sur M. kwam, had de groote fabrikant zijn fortuin reeds gemaakt, en vader Madeleine was mijnheer Madeleine geworden.
"En hoelang zal het na dien rit rusten?" "Het moet desnoods den volgenden dag terugkeeren." "Om denzelfden afstand af te leggen?" "Ja." "Drommels! drommels! nog eens twintig uren!" De heer Madeleine nam uit zijn zak het papier, waarop hij cijfers had geschreven. Hij liet ze den Vlaming zien. Het waren de getallen: 5, 6, 8-1/2.
Javert voer met ernstige stem en steeds de oogen nedergeslagen voort: "Mijnheer de maire, ik kom u verzoeken, mijn ontslag bij de regeering aan te vragen." De heer Madeleine was ten hoogste verbaasd, en opende den mond om te spreken. Maar Javert kwam hem voor, zeggende: "Ge zult zeggen, dat ik mijn ontslag had kunnen indienen, maar dat is niet genoeg. Zijn ontslag indienen, is eervol.
In den beginne hadden zich allerlei boosaardigheden en lasterlijke praatjes tegen den heer Madeleine verheven een soort van algemeene wet tegen al wat in de hoogte komt vervolgens waren 't slechts schimpscheuten en spotternij, tot eindelijk alles ophield; de eerbied werd algemeen, eenparig, hartelijk, en het oogenblik kwam, omstreeks 1821, dat het woord: "mijnheer de Maire" te M. sur M. bijna op denzelfden toon werd gesproken, als in 1815 het woord "Monseigneur de bisschop" te D. Men kwam tien uren ver uit den omtrek om mijnheer Madeleine te raadplegen.
"Deze beleediging was tegen mij, en ik geloof dat ik daaromtrent handelen kan naar ik verkies." "Vergeef mij, mijnheer de maire. De beleediging gold niet alleen u, maar ook de justitie." "Inspecteur Javert," hernam mijnheer Madeleine, "de hoogste justitie is het geweten. Ik heb deze vrouw gehoord. Ik weet wat ik doe." "En ik, mijnheer de maire, weet niet wat ik zie."
Sinds het onderhoud begonnen was, had hij aan niets anders gedacht, maar hij wist zelf niet, waarom hij 't niet durfde vragen. "Is uw paard vast op de voorpooten?" vroeg de heer Madeleine. "Ja, mijnheer de maire. Als de weg afloopt moet ge 't alleen een weinig inhouden. Zijn er veel hoogten en laagten in den weg, dien ge gaat?"
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek