Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


De oude Fauchelevent was gered. Madeleine richtte zich op. Hij was bleek, hoewel van zweet druipend. Zijn kleeding was gescheurd en met slijk bedekt. Allen weenden; de grijsaard omhelsde zijn knieën en noemde hem een engel Gods. Op Madeleine's gezicht lag een onbeschrijfelijke uitdrukking van een hemelsch zalig lijden; hij hield zijn kalm oog op Javert gevestigd, die hem steeds aanschouwde.

"Wel zoo!" "Waarom verwondert u dit?" De knecht bukte zich opnieuw, zag een poos zwijgend naar het wiel, en zich toen oprichtende, zeide hij: "'t Is mogelijk, dat dit wiel vijf uren heeft geloopen, maar stellig zal het dit geen kwartier meer doen." Madeleine sprong uit het rijtuig. "Wat zegt ge, vriend?"

Vervolgens overlegde hij bij zich zelven: Dat hij er op dit oogenblik een plaatsvervanger had; dat het scheen, dat een zekere Champmathieu zulk een ongeluk had getroffen; dat hij, voortaan in het bagno in den persoon van dien Champmathieu aanwezig, en in de maatschappij onder den naam van Madeleine rond wandelende, niets meer te vreezen had, mits hij de menschen er niet terughield, op het hoofd van dien Champmathieu den steen der schande te blijven plaatsen, die, evenals de steen van het graf, slechts éénmaal nedervalt, en nooit weder opgeheven wordt.

Zij hadden zoo te werk weten te gaan, dat, zonder dat iemand ter wereld het wist, zij in hun liefde zich verheugden en reeds hadden zij zich er een heelen tijd in verblijd, toen twee jonge metgezellen, waarvan de een Fouques heette en de ander Hugues en waarvan de vaders dood waren en die zeer rijk achter bleven, de een op Madeleine en de ander op Berthole verliefd werden.

Mijnheer Madeleine bespeurde zijn verheffing in de openbare opinie aan de dieper buigingen der oude dames en aan de vriendelijker glimlachjes der jongere. Op zekeren avond waagde een dame uit deze kleine groote wereld, hem te vragen: "Mijnheer de maire is waarschijnlijk een neef van wijlen den bisschop van D.?" "Neen, mevrouw," was het antwoord.

Tegen den tijd, dat mijnheer Madeleine gewoon was te huis te komen, stond de goede vrouw werktuiglijk op, nam den sleutel van zijn kamer uit een lade, en den blaker, waarvan hij zich elken avond bediende om naar boven te gaan; vervolgens hing zij den sleutel aan den spijker, van welken hij hem gewoonlijk nam, en zette er den blaker naast, alsof zij hem verwachtte.

Madeleine spon een lang verzinsel uit om het hem te willen verklaren, die haar, omdat hij slim was, weinig geloofde en die haar dwong de waarheid te zeggen, wat zij na weinig praten dan ook maar deed. Fouques door smart overwonnen en in woede ontbrand trok een degen en terwijl zij tevergeefs genade vroeg, doodde hij haar.

"'t Is onmogelijk een kwartier uurs te wachten," zei Madeleine tot de omstanders. "Het kan niet anders!" "Maar dan zal het te laat zijn. Ziet ge niet, dat de kar steeds dieper zinkt?" "Inderdaad!" "Luistert," hernam Madeleine, "er is nog ruimte genoeg voor een man om onder de kar te kruipen en ze met zijn rug op te lichten. In een halve minuut zal de arme man er onder uitgehaald zijn.

Jean Valjean is, zooals ge gezegd hebt, een moordenaar en dief. Een dief, wijl hij een rijk fabrikant heeft bestolen, wiens val hij heeft veroorzaakt, den heer Madeleine. Een moordenaar, wijl hij den politieagent Javert heeft vermoord." "Ik begrijp u niet, mijnheer de baron," zei Thénardier. "Ik zal mij begrijpelijk maken. Luister.

De heer Madeleine bleef peinzend zitten en luisterde naar den vasten, zekeren tred, die zich door de gang verwijderde. De gebeurtenissen, welke men nu lezen zal, zijn niet alle te M. sur M. bekend geworden.

Woord Van De Dag

schapenhoedster

Anderen Op Zoek