United States or Heard Island and McDonald Islands ? Vote for the TOP Country of the Week !


En al lang waren zijn beenen stijf van klamme vochtigheid, die optrok van den natten weg, en zijn voeten gevoelloos van kou. Hij begon te rillen en te klappertanden, zich onwel te voelen. Dat was hem een niet-onaangename afleiding. Daardoor kon hij wat klein medelijden hebben met zich zelf en die gedachten aan zijn verhouding tot Lucie van zich zetten, uitstellen, zonder 't zich te verwijten.

Het is moeilijk, vooral voor Lucie Colliard een vurige, toegewijde propagandiste van de fransche partij en de syndikalistische beweging om die vraag geheel eerlijk te beantwoorden.

Maar 't beviel best, de dames waren toch zóó lief voor haar geweest, zei mevrouw Tadingh, en ze verlangde zelf naar een volgenden keer. Met innige vreugde vertelde Lucie dat aan Bernard. Ze vond 't heerlijk, dat dit gelukt was, dat ze nu onbezorgd met hem uit zou kunnen gaan, zoo'n heelen dag, zoo'n langen lichten zomerdag, met hem alleen.

Zoo kwamen daar ook twee vrouwen aanwandelen, hem tegemoet, een oude dame in 't zwart, gebogen gaand, en een jongere, een meisjesfiguur, recht-op, in teere slankheid. Bernard zag ze even aan, verstrooid, en dadelijk vaagde een half-herkennen door zijn soezend hoofd. Hij keek beter; zij keek hem ook aan en bloosde sterk. Toen zag hij dat 't Lucie Tadingh was.

Och, ze zitten nu zeker al lang rustig in Amsterdam, zei hij, toen hij dat merkte, in zich zelf. En droomerig liep hij terug, toch een beetje teleurgesteld, een beetje triestig. Maar hij was niet ver van huis meer, toen hij in eens een heldere meisjesstem hoorde, vlak achter de hooge haag van 't tuintje waar hij langs liep, een stem die hem dadelijk weer aan Lucie deed denken. Was ze 't?

De moeder had 't goedgevonden, ze mocht die meelijdende dames wel. Den eersten keer brachten Lucie en Bernard haar zelf, en de juffrouwen, die dol op "'t aardige jonge paar" waren, wisten niet wat ze doen zouden van vriendelijkheid, zoo blij en vereerd waren ze met 't vertrouwen.... Toch ging Lucie wat bezorgd weg dien morgen.

En Lucie sprong op en kuste haar drie-, viermaal, en kuste Bernard, en ging dicht naast hem zitten, en een poosje zaten ze alle drie te sniklachen van nieuw, teer geluk en aandoening. Mevrouw Tadingh wist van Bernards briefje, ze was precies op de hoogte.

Toen ze weer waren gaan zitten, begon hij dadelijk een levendig gepraat met Lucie. Over boeken ging 't. Hij vroeg haar of ze dit gelezen had, of ze dat kende. Het meeste kende ze niet, en daar moest hij dan van vertellen, wat 't was. Zij vroeg al maar door, tot hij zelf weer over een ander boek begon. En zij vroeg, of hij soms kende Lubbock: The Pleasures of Life.

En de coquette veertigjarige dame trad peinzend haar salon binnen, voornemens in den spiegel haar eigen middel nog eens te vergelijken met het slanke figuurtje boven; maar een mannenstem hield haar van dit voornemen terug. "Mijn hemel, Lucie, wat maak je lang toilet! Ik wacht hier al een kwartier," en een jonge man in uniform trad naar voren en reikte haar de hand.

Daar gingen ze liggen, in een ronde kom van duintoppen, tegen de snelle helling op, in de schaduw van een boschje donkergroene struiken, dat glansde in de zon. En toen ze er een poosje gelegen hadden stond Lucie op om een bouquetje viooltjes te plukken.