Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 12 juli 2025


Toen kwam de hertog van Luneburg, hoofdman der landsknechten in dienst van den landgraaf. 't Was een dikke vent, die verging in zijn vet. Hij naderde Uilenspiegel en fluisterde hem deze woorden in 't oor: Als gij mij op de schilderij de helft van mijnen buik niet afneemt, laat ik u opknoopen door mijne soldaten. En de hertog ging voort.

... Die schilderij zal misschien de eer hebben Uwe Hoogheid te bevallen, vervolgde hij, in welk geval ik mij vermete te hopen het ambt te verkrijgen van schilder Uwer Grootmoedigheid. De landgraaf bezag het doek, dat goed gemaald was, en sprak: Gij zult onze schilder zijn; neem plaats in dien zetel. En Uilenspiegel kuste hem op beide wangen en nam plaats in den zetel.

Een waardiger navolger en mededinger kreeg Hartmann intussen in een ridder uit het Beierse Frankenland, Wolfram von Eschenbach, die heel lang aan het hof van de landgraaf Herman von Thüringen leefde en werkte; althans één van de romans die Wolfram bewerkte was hem door die landgraaf besteld.

Hij gaf gehoor aan den raad van den landgraaf Philips van Hessen, die hem smeekte spoedig te komen, dewijl de hertog van Alba, dien hij kende, zeker booze plannen koesterde.

Vele lastige onderhandelingen waren er gevoerd, eer de oom der vorstin, de keurvorst August van Saksen, en haar grootvader, de oude landgraaf Philips van Hessen, zich lieten overhalen om hunne toestemming tot het huwelijk te geven, nadat de prins geweigerd had, de gestelde voorwaarden aan te nemen.

Hij hoorde den dikzak zeggen: 't Is de schilder van den landgraaf, die hem meer dan duizend gulden gaf om zijn portret te maken. Onthalen wij hem op bier en op wijn, en hij zal dobbel en dik tegenbetalen. Amen, zegden de anderen. Uilenspiegel zadelde zijn ezel, bracht hem duizend passen verder, bij een pachter en gaf twee oortjes aan de meid om op het dier te letten.

En zij wees naar den kapitein van de boogschutters die den dag te voren op de trappen van het paleis met de dobbelsteenen speelde; daarop ging zij voort. En allen gingen aldus hem voorbij; ten slotte bleef Uilenspiegel alleen met den edelen landgraaf. Als gij het ongeluk hebt, sprak de edele landgraaf, alle die lieden niet trouwelijk uit te schilderen, laat ik u het hoofd afkappen.

Nog niet. Den zes en dertigsten kwam hij weer met zijn neus voor de deur. Hewel, Thijl? vroeg hij. Edele landgraaf, zij gaan op hun laatste. Den zestigsten dag maakte de landgraaf zich kwaad en, de kamer binnentredend, sprak hij: Op staanden voet gaat gij mij het schilderwerk toonen.

Doorluchtige Landgraaf, sprak hij, en gij, mevrouwe de Landgravinne, en gij, hertog van Luneburg, en gij allen, schoone damen en dappere kapiteins, achter dit gordijn heb ik, op mijn beste, uw lieve of krijgshaftige gezichten geschilderd. Een iegelijk zal zich dadelijk herkennen.

Als de koord van goud is, antwoordde Uilenspiegel, zal zij breken van schrik als ze mij ziet komen. Daar, sprak de landgraaf, hem vijftien gulden in de hand stoppend, zie hier een stukje van de koorde! Hertelijk dank, genadige heer, antwoordde Uilenspiegel, elke afspanning van den weg krijgt er een vezel van, een gouden vezel, die al die dieven van weerden tot rijkaards maakt.

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek