Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juni 2025
Hij kon niet weten, dat ik voor mijn Leopold zóó onmisbaar zou zijn." "Sla den nagel maar niet dieper in, Willem!
Daarop ziet uit de hoogte de steile rots van den Schlossberg neer, waar de lijnen van de nog gespaarde bastions verdwijnen onder het groen bij den origineelen klokketoren, dien wij reeds als een kenmerkende aanwijzing van Gratz hebben genoemd. Midden op dit plein staat het monument voor aartshertog Johan, die in 1859 overleden is, den zoon van keizer Leopold den Tweede.
Maar gij treft het nu zoo slecht met de drukte. Daar komen waarlijk de Pauwelsen al aan, en de meester met de schoolkinderen. Ik moet toch even mijn hoed en mantille afwerpen. Maak intusschen kennis met mijn neef Leopold van Zonshoven, die ook op de Werve is aangeland, omdat hij te Z. moest zijn echter niet voor dienstzaken, zoover ik heb kunnen nagaan."
Is er dan vrees dat gij versagen zoudt voor het te veel, gij, die het zoo vorstelijk met het te weinig hebt weten op te nemen?" "Nu nog mooier! Gij gaat mij vleien," sprak Leopold lachend. "Gij wilt eens zien, hoe ik dat opnemen zal; maar wees gerust. Tegen vleierij heb ik een ferm waterproefje aan; ik ken mij zelf een weinig....".
"'t Is waar ook, wij hadden het zoo druk met uwe zaken, dat ik vergat u van de mijne te vertellen. Als gij mij niet uitgenoodigd hadt bij u te komen, zou ik u toch morgen in den loop van den dag eens opgezocht hebben om u mede te deelen wat mij is overkomen...." "Toch geen kwaad?" vroeg Leopold, hem ernstig aanziende. "Neen, neen! ontstel maar niet.
"Ik merk wel, goede Leopold, dat gij hier uit de lucht zijt komen vallen. Wees gerust; niemand zal last hebben van mijn overvragen.... ik zal niet trouwen." "Daar kunt gij niets van zeggen. De omstandigheden zouden zoo kunnen samenloopen, dat...." "Dat ik een echtgenoot nam om ze te bezweren," viel zij in met sprekende verontwaardiging.
En het kostte maar weinig moeite, de oude herbergierster aan het praten te krijgen, en van haar te vernemen, hoe de eerste koning van België, Leopold I, eens in hare herberg had overnacht en zijn gekroond hoofd te rusten gelegd in eene met gebloemd papier behangen kamer, waarvan het voornaamste sieraad bestond in twee vaasjes met kunstbloemen onder stolpen, op den schoorsteen geplaatst.
Het Belgisch volk antwoordt met stillen eerbied: LEOPOLD!... Maar het tooneel verandert: een bloedig getal verschijnt op de uurplaat des tijds: 1848 is dáár! Uit het Zuiden, uit het Oosten, uit het Noorden verheffen zich sombere wolkgebergten, de zon der beschaving verduistert, de volkeren, van angst verstomd, aanschouwen met verengden boezem den naderenden orkaan.
"Gij weet het wel, freule, dat ik niet dan oprecht kan zijn, en zoo ik iets heb gezegd tot uw lof, ter waardeering van uw karakter...." "Was het zeker omdat onze vriend Leopold zijne bezwaren daartegen had ingebracht.
Daar werd, onder het aanheffen van een ontzaglijk gejubel, uitgeroepen, dat vorst Leopold, als eerste koning der Belgen, zijne intrede in Brussel had gedaan en volgens voorvaderlijk gebruik 's lands grondwet had bezworen. Men leide ons door de duisternis en langs afgelegen banen naar eene onmeetbare heide tusschen Ravels, Baerle-Hertog en Weelde.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek