Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 16 mei 2025


»Help!... Help!..." riep Zermah met wanhopige stem. »Help!... Het is Texar!" »Texar!... Texar!..." riep Alice op hare beurt. »Ja,... het is Texar!" En met de hand wees zij naar den Spanjaard, die rechtopstaande op de achterplecht van het vaartuig, een oogenblik door het schijnsel van de vlammen van een nog brandende keet van Camdless-Bay verlicht werd, maar spoedig daarop in het donker verdween.

Hun uiterlijk was er niet op berekend de onbelangrijke aandacht te trekken van dat deel der arme Londensche bevolking, die toevallig dien avond over de brug kwamen om in een of andere koude portiek of deurlooze keet een schuilplaats te zoeken, waar zij hun hoofd konden neerleggen; zij stonden daar zwijgend, zonder iemand van de voorbijgangers aan te spreken of door hen aangesproken te worden.

"Die man had wel wat beters kunnen doen dan hier zijn handen te komen vuil maken met timmeren," vond hij. Zaandams zindelijk voorkomen trok hem meer aan dan die bouwvallige keet. Over Wezel, dat hij tot een tweede Straatsburg wilde maken, en Keulen keerde hij naar Frankrijk terug.

Daar ginder verder stond, uit de grauwe diepte der bedoomde heide, achter de houten keet en den kastvormigen houten toren der boring, omlijnd als een kegel, de Heksenberg statig op. Hij was als de hals eener urn, zooals hij boven de kim rees. Anneke's hoofdje hing vol vreemde fantasieën, terwijl zij naar den strak omlijnden heuvel uitzag. "Jij moest ook hier wonen," zei Willem.

Dit woord kate is oorspronkelik één en het zelfde woord als keet en kot, die beiden in andere nederlandsche gouen in tamelik gelyke beteekenis in gebruik zijn. Van dit woord keet is de geslachtsnaam Houtekeet afgeleid, die in de zuidelike Nederlanden menigvuldig voorkomt, ook onder de formen Hautekeet, Autekeet, Hautekiet en Houtekiet.

Nele zeide, naar den bleeken jonker wijzend: Deze hier kwam alle Zaterdagen in de keet om mijne moeder te zien en heur geld af te doen: hij heeft eenen vriend van hem, Hilbert genoemd, gedood in den akker van Servaas Vander Vichte, niet uit jaloerschheid, maar om de zevenhonderd karolussen niet te moeten deelen met hem.

Wij zijn rondom de hoeve, houdt uwen adem in. Uilenspiegel klopt op de deur, de honden bassen. Hij klopt nogmaals; een venster wordt geopend en de boer, die het hoofd buitensteekt, vraagt: Wie zijt gij? Hij ziet niemand dan Uilenspiegel: de anderen zijn verborgen achter de keet. Uilenspiegel antwoordde: Messire Bossu gelast u oogenblikkelijk bij hem, naar Amsterdam, te komen.

Zij leef de daar met drie zusters in een kleine keet, bestaande uit drie kamers, midden tusschen de barakken. 't Was ijzig koud, 's nachts bevroor daar alles, tot zelfs de inkt. Eens werden de zusters wakker onder een laag van sneeuw, die door de reten van de keet naar binnen was gewaaid.

»Laten we de keet omver halen!" schreeuwde een knuistige varensgast. »Neen, in brand steken!" riep een sjouwerman. Dat vond gretig bijval; verscheidene mannen, schippers en sjouwerlui, beijverden zich om lichtbrandbare stoffen bijeen te sleepen. »Vuur, hier heb jullie vuur, menschen!" krijschte van verre een schrale oude-vrouwenstem.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek