Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 8 mei 2025
Halef trachtte mij op zij te komen, en begon: Gij wilt onze vijanden inhalen, Sihdi, zal ons dat gelukken? Neen, want ik heb besloten het niet te doen. Zoo lang ik meende dat onze vijanden naar Karanorman bij Weicza gingen en dat dus ook onze weg derwaarts leidde, achtte ik het in ons voordeel daar vóór hen aan te komen.
Laat het voor het oogenblik zoo zijn, dan kunt gij nog niet beweren, dat gij het ware Karanorman Khan gevonden hebt. Gij weet alleen nog maar dat de plaats door u genoemd, de ware niet is. Hij zette een gewichtig gezicht, als een meerdere in wetenschap.
Mijn hengst liep zoo gelijkmatig en bedaard, dat ik mijn man, hoe ver ook van mij af, steeds in het oog hield. Hij volgde nu den weg, die van Karanorman naar Warzy gaat. Daarna volgde ik hem over een vlakke weide, die met allerlei boschjes, als met eilandjes, begroeid was. Hier kon ik hem niet aldoor in het oog houden, omdat die boschjes telkens tusschen hem en mij inkwamen.
Gij hebt mij gezegd, dat de Karanorman Khan bij Weicza niet de plaats was, waar hij woonde; bij gevolg moet gij zijn ware woonplaats weten. Heer, dat is maar een vermoeden, een ongerechtvaardigde gevolgtrekking van u. Ik ben overtuigd, dat ik een zeer juiste gevolgtrekking heb gemaakt.
Waarom? Omdat wij het in 't geheel niet kennen. Is dat een reden om zoo te grinniken? Neen, maar Janik sprak van een hoofdman, van wien wij niet het minste weten, en de plaats Karanorman kan ons nog minder schelen. Zoo....? Gij weet dus niets van den Sjoet af? Neen antwoordde hij, ofschoon hem een beweging van schrik ontsnapte, toen ik dien naam noemde.
Gij waart dus op de jaarmarkt te Menelik en wilt nu naar Karanorman Khan? Ik beaamde dit terstond en zóó onbevangen, dat hij mij wel houden moest voor iemand die zich gaarne liet uithooren. Hij viel in den strik en informeerde verder: Maar wie heeft toch dit briefje geschreven? Een kennis van u, en wel Hamd el Amasat.
Op het briefje, dat Hamb el Amasat had geschreven en dat mij te Edreneh in handen gekomen was, stond te lezen: In pripeh beste la karanorman chan ali sa panajir menelikde zeer spoedig bericht in Karanorman-khan, maar na de jaarmarkt te Menelik.
Want de schrijver had ook door slordig schrift, de figuur van de W aan die van de M gelijk gemaakt. Toen ik van het briefje opzag, bemerkte ik tot mijn verwondering, dat Habulam met gretige oogen er naar tuurde. Wat hebt gij daar, Heer? vroeg hij. Een briefje, zooals gij ziet. Ja, maar wat staat er op dat papier? Wel, ik lees er den naam Karanorman Khan op. Mag ik even zien?
Ik dacht, zij zouden schrikken, en... zij lachten mij uit. Het was aan hen te zien en te hooren, dat zij niet veinsden. Daaruit wist ik met zekerheid, dat de aanvoerder zich niet te Karanorman Khan bevond. Maar ik had toch op het papiertje gelezen, dat Barud el Amasat daar ter plaatse besteld was. Of was er een plek, met een gelijksoortigen naam? Dat vermoeden kon ik thans niet verder uitwerken.
Menelik lag nu achter ons en wij waren den broeder van Hamb el Amasat tot hiertoe gevolgd, zonder ook maar een flauw vermoeden te hebben waar dit Karanorman eigenlijk lag. In ieder geval was deze plaats het doel van zijn tocht en zouden wij hoogst waarschijnlijk beiden daar aantreffen. Zij hadden iets zeer slechts in den zin, wat wij wilden voorkomen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek