Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 26 juni 2025


De lezer zal het ons zeker ten goede houden, dat wij hem in dit stille doodsvertrek niet de woorden van den man doen hooren, die de helaas onstrafbare moordenaar van het hem toevertrouwde kind was geworden. Neen, wij laten Joost Van Meerle niet spreken in de tegenwoordigheid van Willems stoffelijk overschot. Gij zijt gelukkig, koud lijk! dat ge uw voormaligen opvoeder evenmin zult hooren.

Ziet, zeide Joost, terwijl hij zijn blanke voeten liet zien: zijn dat gespleten klauwen, zijn dat duivelspooten? Wat mijne bleekheid betreft, is niemand uwer zoo bleek als ik ben? Ik zie er meer dan drie onder ulieden. Maar die zondigde was niet ik, doch die leelijke tooveres en heure dochter, de boosaardige aanbrengster.

En wie, wie is hij, die moordenaar? 't Is Joost Van Meerle, de mooie heer met den gouden rok, die bij Van Males bed stond, en een gezicht zette alsof hij lachte toen deze, ruim tien jaar geleden, gestorven was. Joost Van Meerle, de zoon van Adolf Van Meerle, wiens overleden tante een dochter van Willems moeder was.

En de schepenen zeiden tot elkander: Dat is een duivel, en hij zal Joost Damman vermoord hebben en zijn aanschijn genomen, om des te veiliger de arme lieden te kunnen bedriegen. En de baljuw en de schepenen schrikten: Hij is een duivel, en er is een tooverteeken.

Weet dat ik niet Hans heet, maar Joost: wij waren van dezelfde grootte, Hilbert en ik; 't was Hilbert, waarschijnlijk, die de zevenhonderd karolussen nam. Drinken! mijn vader zal honderd gulden betalen voor een kroezeken water; maar die vrouw ken ik niet!

Eene Hollandsch-Zeeuwsche vloot werd daartoe onder de bevelen van Justinus van Nassau, van der Does, Warmond en Joost de Moor gesteld. Zij hadden hunne eer verpand, dat zij den hertog niet zouden laten ontsnappen. En zij hielden woord! Zelfs geen sloep had een der genoemde havens kunnen verlaten, zoo waakzaam bespiedden zij alle zeegaten.

Dat klinkt al vrij roomsch, zelfs ultramontaansch. En was hij niet aan 't twijfelen, stelde hij geen redelijk onderzoek naar de waarheid in, bestond er geen zielestrijd bij hem, die in 1630 schreef: Ziet, onze Joost Die zoekt, maar vindt geen troost?

"Magdalena!" zeide de Jezuïet, terwijl een waas van weemoed of aandoening zijn gestrenge, gele gelaatstrekken overdekte: "moeten wij, na een afwezigheid van vijf en twintig jaren...., doch, gij hebt gelijk, het is hier de geschikte plaats niet...." "Vaarwel, Pater Eugenio!" herhaalde Magdalena en verliet het vertrek. "Joost haal mij, zoo ik er iets van begrijp," zeide Elbert, zooras zij weg was.

De tegenschriften en lasterverzen, bij deze gelegenheid verschenen, stoorden de kalmte niet van Joost den Rechtvaardige, levend van de snaren en door het geloof.

Water! drinken! drinken! Sterf, tooveres, zeide Joost Damman: gij moest heur eene prop in den mond steken om heur, eene vrouw uit 't gemeen, te beletten op te komen tegen mij, die van adel ben.

Woord Van De Dag

muggenbeten

Anderen Op Zoek