United States or Serbia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zijne jas heeft hij uitgetrokken, daar hij bij het werk warm geworden is, en op het hoofd heeft hij den helm van den Franschman met den langen paardestaart, en over zijn' dikken buik had hij, zoo goed als 't gaan wilde, de sabel van den Franschman vastgegespt.

"Ziezoo, nu moeten wij zoo hard mogelijk met haar naar huis loopen; pak haar goed in met onze dingen, terwijl ik die verwenschte schaatsen losmaak," riep Laurie, zijn jas om Amy heenslaande en aan de riemen rukkende, die nooit te voren zoo ingewikkeld hadden geschenen.

Denkt gij, dat hij zelf de jas van den stoel nam, waarop zij lag, met de andere zondagsche kleedingstukken, welke hij bij zijn thuiskomst van de reis uitgetrokken had? Neen, hoewel de stoel bijna onder zijn bereik stond, beduidde hij, met een waardigen armzwaai, aan moeder, dat zij hem de jas brengen zou.

Ik heb nooit bij een Italiaan zoo een Noordelijke ziel van halftint ontmoet... Het is op eens lente geworden... Maar het zal wel niet zoo lang blijven. Ik heb met wellust mijn pels, mijn dikke jas, mijn dunne jas, alle bouffantes en écharpes naar de maan verwenscht en ben er op uit gegaan zonder iets van hunne vervelende bescherming. Tot wanhoop van mijn vrouw. Moet je weêr ziek worden?

Helmond brengt zijn hand, die opnieuw werd gekerkerd, niet zonder eenig geweld in vrijheid; maakt een afwerende beweging, en zegt haastig: "Die kom ik later eens kijken;" en gaat dan zoo snel mogelijk naar den kant zijner woning. Nog geen twee schreden ver, daar voelt hij zich bij het pand van zijn jas grijpen, en terzelfder tijd een looden druk op zijn schouder.

Wie met haast handelt, ontmoet soms een of anderen tegenspoed en komt dus niet vooruit. In zijn ~haast~, om nog op tijd aan den trein te zijn, trok hij twee knoopen van zijn jas, die eerst weer aangenaaid moesten worden. Door dit oponthoud kwam hij te laat.

De gemzen waren slim, zij zetten voorposten uit; maar de jager moest nog slimmer zijn, ze van het rechte spoor afbrengen en op een dwaalweg voeren. Op zekeren dag, toen Rudy met zijn oom op de jacht was, hing deze zijn jas en zijn hoed op den Alpenstok, en de gemzen zagen de jas voor den man aan.

Bij de deur aarzelde hij even, als had hij nog iets te zeggen. Het was een heerlijke avond zoo warm, dat hij zijn jas over zijn arm nam, en zelfs de zijden das niet om zijn hals sloeg. Terwijl hij naar huis wandelde, een cigarette rookend, gingen twee jongelui in rok hem voorbij. Hij hoorde ze fluisteren: Dat is Dorian Gray.

Als de wind aanwoei, joegen de panden van zijn jas hem voor de beenen weg, als vlaggenslippen wapperden zij op den wind. Doch onverstoorbaar stond hij, beschermd door zijn hooge laarzen, in het natte weêr, als een visch in zijn element, almaar te turen naar zijn wiegelend vischtuig. Soms nopte het wel even, dan sloeg hij handig op; de roode dobber vloog door de lucht aan het krinkelende snoer.

Mohammed komt in zijn witten tulband, hemelsblauwe jas en gele broek, vaak niet ver van mij verwijderd, met zijn buren, vrienden en bedienden een praatje maken.