Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 19 september 2025


De mannen trokken hunne beste kleederen aan: fluweelen wambuis en hooze, met het groot opperste kleed daarboven, en zetten breedgerande hoeden op 't hoofd, die hen tegen zon en regen zouden beschutten; ook de vrouwen kleedden zich in feestdos: gebekte zwarte onderbroeken, geplooide witte halskragen, hemelsblauwe en scharlakenroode borststukken met goudborduurselen, zwarte wollen rokken met breede fluweelen banden van dezelfde kleur, zwarte saaien kousen en fluweelen schoenen met zilveren gespen; op het voorhoofd hadden zij groote klatermeersen, die de meidekens links en de getrouwde vrouwlieden rechts droegen.

Uilenspiegel sneed de koorden door: Lamme sprong in zijn wit linnen hooze, zonder wambuis, uit zijn bed, en wilde zelf de sloep in zee laten. Zie hem bezig, zeide Nele tot Uilenspiegel: zijne handen beven van ongeduld. Toen de sloep gereed was, daalden Uilenspiegel, Nele en Lamme er in met eenen roeier, en deze wriggelde naar de vlieboot, die, verre in de reede, op anker lag.

En zij moesten zich uitkleeden om hun gelag te betalen. In hun hemde reden zij aldus over velden en wegen, want zij hadden hun peerd noch hun wagen willen verkoopen. En een iegelijk onderweg had medelijden met hen en gaf hun geerne wat brood, wat bier en soms ook een stuk vleesch; want overal zegden zij dat zij door dieven uitgeschud waren. En zij hadden in 't gelijk maar ééne hooze.

Ik zie zwart als een ovengat. Als gij niet uitscheidt, maak ik mij kwaad; gij moest beschaamd zijn een armen, weerloozen man aldus te mishandelen! Laat mij los! Als gij mij eene uur bij mijne hooze, bij mijn wambuis, rechts, links, langs alle kanten zult gesleurd hebben, zult gij er vetter om zijn? Ja, ge moogt er zeker van wezen, ik ga mij kwaad maken.

En als Klaas naar heure hut ging, stilde hij heur met zoete woorden. Na zeven dagen toog de vreemde henen, zonder iets van Klaas te willen aanveerden dan twee karolussen, om onderwege te eten en te slapen. Nele en Soetkin waren van Brugge teruggekomen. Klaas zat in de keuken als een kleermaker, knoopen aan een oude hooze te naaien.

Laas! messire, sprak Uilenspiegel, gij beschuldigt uwen klokluider ten onrechte, want zoo hij zoo wit ziet, is het niet omdat hij uwen wijn heeft gedronken, doch wèl omdat hij er te weinig drinkt; dáárvan is hij zoo slap, dat zijne ziel weldra bij stroomen zijne hooze zal uitloopen. Er zijn arme lieden op deze wereld, zuchtte de proost, terwijl hij een grooten slok wijn uit zijn beker dronk.

Woord Van De Dag

tusschentoestanden

Anderen Op Zoek