United States or Bahamas ? Vote for the TOP Country of the Week !


Men verhaalde ons dat de Engelschen nog maar weinige dagen geleden, op een der eilanden van Hières geweest waren, om zich van eenige eetwaren te voorzien. Zij brengen een menigte geneeskruiden en planten, die zeer gezocht zijn, voort. Voor de natuurkundigen valt 'er in de bergen en rotsen, hier omstreeks, ook vrij wat te beschouwen, vooral met betrekking tot de mineralogie.

Marseille, 18 Augustus. Ik heb u gezegd, dat ons oogmerk was om een uitstapje naar Toulon en Hières te doen: daar wij nu hier genoegzaam al het merkwaardige gezien hadden, gingen wij den 14 dezer 's morgens om drie uren, per gewoonen postwagen, naar Toulon op reis. Men betaalt daar voor 9 livres de persoon, en voor een bagatel komt een van de bedienden van den Commissaris de reizigers opwekken, en hun pakje halen; want als men koffers of diergelijken heeft, moeten die daags te voren bezorgd worden. Men rijdt de poort, of eigenlijk de barrière van Rome (want een poort staat 'er niet) uit, voorbij verscheidene bastides (buitenplaatsen), vervolgens door een aangenaam dal, waar men heuvels ziet, die met wijngaarden beplant zijn tot Aubagne, een stadje aan het riviertje le Veaune, 2 posten van Marseille gelegen. Op een stuk marmer, hier omstreeks ontdekt, vindt men dat 'er voorheen ter dezer plaatse een stad bestond, genaamd Lucretum; en eene andere, niet ver van daar, genaamd Gargarium. De Romeinsche regering had, ten haren koste, baden te Lucretum doen maken, om 'er het vrije gebruik van aan de inwoners te laten; men meent dan ook, dat de naam van Aubagne zijn' oorsprong heeft van ad balnea (bij de baden). Men maakt hier een lekker soort van gekookten wijn, dien men ook malvoisie noemt; de bevolking wordt op omtrent 4000 begroot. De inwoners hebben in 't geheel den besten naam niet: velen maakten met elkanderen een bende uit, die zich met rooven, moorden, en plunderen der reizigers ophield. De geheele landstreek plagt, aan deze kanten, nog niet lang geleden, zoo gevreesd te zijn, als bij ons het land van Valkenburg bij Maastricht; en het is 'er nog niet zuiver; doch de politie neemt goede maatregelen: echter mag dit plaatsje ook roem draagen, op een in de letterkunde beroemden man; ik meen den Abt Barthelemy , die hier geboren werd. Men vindt hier digt bij vrij hooge bergen, en die zich, volgens natuuronderzoekers, over de 2000 voeten boven de oppervlakte der zee verheffen; op en tusschen de rotsen, groeijen vele pijnboomen; en zoo lagchende als de natuur aan den anderen kant van Aubagne is, zoo woest en treurig vertoont zij zich hier. Eer men te Cuges komt, heeft men echter een dal, waar het 'er wat beter uitziet; en de afwisseling der gezigten maakt den weg aangenaam. Cuges ligt 3 1/2 post van Marseille, het plaatsje zag 'er slordig en armoedig uit, en hier moesten wij eten, hoewel het 's morgens omtrent 9 uren was. De herberg had ook in 't geheel geen gunstig aanzien; doch de kok, hoewel vrij smerig, zag 'er frisch en gezond, uit, en ik geloof, dat hij wel 250 ponden kon halen; ik had daarom nog al goeden moed, dat de keuken 'er niet schraal zou zijn, en dit ging dan ook nog al vrij wel. Een van onze reisgezellen, een ronde en vrij ruwe zeeman, droeg hier zeer veel toe bij, en zorgde dat 'er geen proviand te kort kwam; onder anderen zette men ons roode patrijzen voor, die ik nimmer beter gegeten heb, en wij betaalden maar 40 sols de persoon. Eer ik op den wagen stapte, nam ik den boêl nog eens op, want het scheen mij om de ongemeene morsigheid en slordigheid merkwaardig; daar bij kwam nog de zonderlinge t' zamenstelling van het huis, en evenwel scheen men 'er veel te doen te hebben, want het was 'er drok, en ik had 'er met dat al ook smakelijk gegeten; doch tusschen een Hollander, die eenigen tijd gereisd, en onder vreemden verkeerd heeft, of een Hollander, die voor het eerst uit eene geregelde en zindelijke huishouding, in eene smerige herberg komt, verschillen de gewaarwordingen nog al eenigzins; en ik herinner mij bij deze gelegenheid een geval, dat om het karakteristieke, dat 'er in is, hier, dunkt mij, wel een plaatsje verdient. Een Amsterdamsch koopman, voor de eerste maal, (behalve een enkel togtje naar den Haarlemmerhout of Muiderberg) zijne geboortestad en zindelijke woning verlatende, begaf zich door zijn knegt verzeld, in gezelschap van een Duitscher en een Franschman naar Hamburg, ter verrichting van zijne zaken; want anders was de goede man zeker t'huis gebleven. Naauwlijks was hij over de grenzen, of hij bespeurde al ras, dat de woningen 'er daar, zo in als uitwendig, geheel anders uitzagen dan te Amsterdam, op de Heere-, Prinse- of Keizersgrachten. Aan een herberg komende, waar zij zouden afstappen, sprong de Franschman in eens uit den wagen, in huis, en de waardin ontmoetende, die 'er nog al wel uitzag, hield hij zich bezig met haar een menigte douceurs te zeggen, en bekommerde zich om het overige niet; de Duitscher volgde, en den hospes opgezocht hebbende, vroeg hij, of 'er wat te eten en te drinken was; vervolgens kwam onze landsman binnen, keek naauwkeurig rond, riep zijn' knecht, en zei tegens hem op een deftigen toon: "Keesie! ga eens kijken of het hoisie wel schoon is?" Nu vreemden vooral mogen hier mede lagchen, en de zindelijkheid in sommige gedeeltens van ons land overdreven vinden, ieder een zal toch overdreven zindelijkheid, minder onaangenaam vinden dan overdreven morsigheid. Een eind weegs buiten Cuges tegen een hoogte moetende oprijden, die nog al steil was, verkozen wij daar te wandelen, en ik vermaakte mij met de grootsche en woeste tooneelen, die men hier aantreft, te beschouwen. Verbeeld u een woud van pijnboomen op rotsen, die zich hier al vrij hoog verheffen, en ginds een' afgrond vormen; een steile kronkelende weg loopt daar door, en het gelijkt hier meêr naar het noordelijk, dan naar het zuidelijk gedeelte van Europa, (eene regte schilderij van van Everdingen) nogthans, hoewel de wind zich in de toppen der pijnboomen deed hooren, was op sommige plaatsen, buiten de schaduw, de rots, waar men op ging, brandend heet, en 'er bleef nog al een enkele zweetdroppel, eer wij boven waren. Langs vele van die pijnboomen was de schors en een gedeelte van het hout afgekapt, op zulk eene wijze verkrijgt men de harst, die uit deze wonden traant, doch hier na kwijnt en sterft de boom ook. 't Is opmerkelijk, hoe deze boomen zich op sommige plaatsen met hunne wortels tusschen de spleten en kloven der rotsen gevestigd hebben, en verwonderlijk, dat 'er op dezen barren en steenachtigen grond, waar op het gedurende een goed deel van het jaar, maar zeldzaam regent, nog iets groeijen kan. Boven op de hoogte is de bodem ook kaalder, en men ziet slechts hier en daar een enkelen boom. Wij kwamen hier aan een klein camp van 40

Te Hières, in het Latijn Areæ, stappen wij af aan het Hotel des Ambassadeurs, waar wij van de kamer, die men ons aanwees, een schoon gezigt op de zee en de eilanden van Hières hadden. Na wat ontbeten, en het middagmaal besteld te hebben, gingen wij de vermaarde tuinen en boschjes van orange- en citroenboomen bezigtigen, waaronder die van Madame Fille en Monsieur Beauregard de voornaamsten zijn.

Het kasteel, dat hier in vroegere tijden stond, behoorde aan de Heeren van Hières, eerst de jongste zonen van de vicomtes van Marseille, uit den stam van Fosc, kort daar na de Hertogen van Anjou, Graven van Provence.

Ons voornemen zijnde, om van hier een uitstapje naar Toulon en Hières te doen, gingen wij naar het stadhuis, om onze passen te laten teekenen, viseeren, daar dezelven maar tot Marseille gegeven waren. Onder het stadhuis, zoo als ik u gezegd heb, is de beurs, die men la loge noemt, het is een ruime zaal; dagelijks na den middag vergaderen de kooplieden daar in, en de onderscheide Oostersche kleedingen, die men 'er ziet, leveren voor lieden, die daaraan niet gewoon zijn, een vreemd verschijnsel op. Boven den hoofdingang van het stadhuis ziet men nog de overblijfsels van het fraaije Koninklijke wapenschild door Puget , en ter zijde, van denzelfden meester, een bas-relief verbeeldende St. Charles de Borromæus, Aartsbisschop van Milaan, zorg dragende voor de pestzieken; beiden zijn van wit marmer, en voor meesterstukken bekend, doch aan het wapenschild is 'er weinig meêr van den bijtel van Puget overgebleven; men ziet hier ook nog drie andere basreliefs, aan beide zijden van den ingang zijn 'er twee, onder een van dezelve, waarop een Haan, heeft men na de omwenteling doen graveren: Le salut de la Republlque tient

Ten zuiden ziet men over het stadje; en de onder hetzelve gelegen tuinen met orangeboomen, de eilanden van Hières eenige rotsen, en de Middellandsche Zee; ten westen de reede van Toulon over een aangename valei; duidelijk zagen wij de schepen liggen, en daar het juist middag was het geschut lossen; ten noorden en ten oosten vertoonde zich een uitgestrekt en schiderachtig landschap, met bergen en valeijen aangenaam geschakeerd; en een kudde schapen, niet ver van deze vervallen muren, die hier en daar met struiken en klimöp bewassen waren, weidende, vermeerderde nog de bekoorlijkheden van dit romanesk gezigt.

Men begroot het getal der inwoners van Hières op omtrent 1200, en men meent te moeten veronderstellen, dat die stad bestaat sedert de zesde of zevende eeuw.

Hières is de geboorteplaats van den vermaarden Pater Massillon een der welsprekendste Predikanten, die Frankrijk opgeleverd heeft.