Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 23 juli 2025
Maar Henk sprak steeds door, hij nam heur arm, hij geleidde haar naar de voorzijde van het station, waar zijn rijtuig stond. Zij liet zich medevoeren, vol onbestemde gedachten, vervuld van een grooten weemoed, en zij leunde op zijne hand om in te stijgen.
Toen Henk van Kempen nog pas negen of tien jaar oud was, stond 't hem al heel duidelijk voor wat hij worden zou. Hij wilde dokter worden. Hij wilde dat niet, zooals andere jongens iets willen worden, die misschien, als men er lang met hen over sprak, ook wel tot wat anders over te halen zouden zijn. Hij wilde 't, omdat hij wist, dat 't mòest, dat 't niet anders kòn.
Zij geloofde niet, dat Betsy gelukkig was, al was zij rijk, want hoe zou het mogelijk zijn, dat zij van Henk hield, en dat zij niet smachtte naar een hartstochtelijke liefde! Zij geloofde nu ook niet, dat Otto haar ooit had lief gehad; hoe had hij dit kunnen doen, terwijl zijn karakter zoo geheel verschillend was van het hare!
Henk en Betsy waren een jaar gehuwd, toen tante stierf. Betsy was bevallen van een zoon. Hij, op aandrang van zijn vrouw, had in dien tijd naar eene betrekking, eene bezigheid gezocht, daar hij Betsy met zijne kalme, goedmoedige luiheid soms verveelde, als een trouwe hond, dien men steeds aan zijne voeten vindt liggen, en die, bij ongeluk, dikwijls getrapt wordt.
Van dat diepe kinderleed daar vlak naast hem voelde hij niets, besefte niet, dat hij een zware misdaad begaan had door een teere kinderziel zóó aan te grijpen. Wel een half uur bleef Henk zoo zitten. Toen deed hij zijn schrift en zijn boeken dicht, legde alles in het gewone hoekje en liep naar de zijkamer, waar zijn moeder met haar naaiwerk zat. Zij wist alles, had alles gehoord.
Eindelijk zweeg zij, loosde een zucht, maar bleef met haar hoofd op zijn schouder rusten. Nu zij bedaarder werd, vond hij het gepast, zich wat boos te maken over haar onverstand.... Wat een lariflang was dat toch! Wat een onzin! Wat drommels, wond ze zich toch altijd zoo op.... Neen, Henk, waarlijk....! begon ze, en hief haar vochtigen blik tot hem.
Zij werd na zijn vertrek ook weêr meer zichzelve en voer niet meer om de minste aanleiding tegen de bedienden of tegen Eline, Henk en Ben uit.
Het is heel lief, Henk, dat je het vraagt, maar het zou niet gaan. Ik heb soms buien, waarin ik Betsy zou kunnen slaan, en die buien komen juist op, als ze lief tegen me spreekt, zooals van middag bijvoorbeeld. Ik moest me geweld aandoen om haar niet te slaan. Hij zuchtte, met een wanhopig gezicht. Zij bleef hem een raadsel.
Dien avond pakte Vincent zijn koffer om den volgenden dag te vertrekken, naar Londen, zooals hij zeide. Henk poogde slechts zwakjes hem van zijn voornemen af te brengen; zelve begreep Henk, dat, als Vincent weg was, er ook een steen des aanstoots minder zou wezen.
Zij werd uit die sluimering gewekt door een zwaren stap op het portaal, en eer zij zich geheel bewust was, trad Henk binnen. Zoo zusje! Wat heb je hier zitten doen in het donker? En wat is het hier koud! Koud? herhaalde zij met een blik als van eene somnambule. Ja, nu voel ik het ook. Ik ril... maar ik heb hier geslapen. Kom meê naar beneden, we gaan gauw eten. Betsy zei, dat je bleef, niet waar?
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek