Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 11 juni 2025


Loeiende zee, pikdonkere hemel; bruisend water, dat driftig, grammoedig rolt of woest omhoog slaat, of in branding schuimend en spattend breekt op het strand; zwarte zee, in rouw gehulde hemel, komt mij ter hulp in mijnen strijd tegen den weerwolf, den vuigen moordenaar van onschuldige meidekens.

Maar eensklaps bleven al de boogschutters, diakenen, priesters, deken en dragers staan om zich te krabben. Het poeder beet de voetzolen van Pompilius vaneen, doch hij dorst zich niet verroeren uit vrees van te vallen. En de nieuwsgierigen zeiden, dat de heilige Maarten grammoedig rondkeek en een dreigend gezicht naar het arme volk zette. Toen beval de deken, dat de processie zou voortgaan.

De leermeester dorst niet antwoorden en beiden bleven sprakeloos, droef en grammoedig staan. Maar onverwacht werd de stilte door een lichten kuch gestoord, die uit den donkersten hoek kwam. Zijne Majesteit keerde zich om en zag den infant Philippus, in 't zwart gekleed bezig een citroen uit te zuigen. Don Philippus, sprak hij, kom hier om mij te groeten.

Drink, sprak zij, en spreek niet zoo luide. Men zei ook, vervolgde Uilenspiegel, dat hij eens vloekte als een soldenier, toen hij een kouden pauw niet terugvond, dien hij had doen wegzetten voor zijn avondmaal, en dat hij sprak: Ik, de stadhouder Gods, mag wel vloeken om een pauw, wanneer mijn meester grammoedig om eenen appel was! Gij ziet liefste, dat ik den paus ken en weet wie hij is.

Toen zij getweeën vóór den burgemeester stonden, wilde de kwabakker al de misdaden van Uilenspiegel opsommen, maar deze zette groote oogen op en maakte den kwabakker zoo grammoedig, dat hij zijne aanklacht onderbrak om te vragen: Wel, wat is er? Uilenspiegel antwoordde: Gij hebt mij gezegd, dat gij mij zoodanig zwart gingt maken, dat ik zou zien. Wel, ik zie niemendal....

Bij de tafels zitten vele schooljongens, meest tusschen acht en twaalf jaar oud. De schoolmeester gaat heen en weer met een ernstig, ja, bijna grammoedig gelaat; hij houdt een pennemes in de hand en is bezig met pennen te vermaken. DE MEESTER, met luider stem en langzaam. Past op dat gij de buiken van uwe A's wel vol maakt, en dat gij de koppen van uwe B's wel naar omhoog trekt!

Maar Nele antwoordde grammoedig: Waarom vraagt gij naar een meineedige vrouwe? Spreek geen kwaad van haar, antwoordde Lamme. Neem, zeide Nele, hier is balsem, dien ik meebracht voor Uilenspiegel; strijk hem op uwe wond. Toen Lamme zijne wond verbonden had, werd hij blijgeestig, want de balsem stilde de bijtende smert; en zij klommen alle drie op het schip.

Woord Van De Dag

buitendam

Anderen Op Zoek