United States or Canada ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ginds gruwbaar ongeloof met bygeloof gesteven, En God verloochend om voor 't ijdel niets te beven; Of de inspraak van het hart versmoord door razerny Van driften; ja, de deugd gedoemd als huichlary. Ik ging! Maar ach! Elpine, ik, voelde my gekluisterd Door wondre tooverkracht.

God had hém willen sparen die haar dierbaar was; God had hem van de banden willen bevrijden, die hem aan een denkbeeldige wereld hadden gekluisterd; God zou hem doen leven, leven om geluk en vrede te smaken zooals hij die nog nimmer gesmaakt had. En inderdaad, de Hemelsche Vader had in Zijne wijsheid besloten dat de jongeling zou leven, dat zijne ziel rust en vrede zou vinden.

Wel is waar, kwam zijn gemoed meermalen in opstand, maar dat baatte hem weinig; want Sarcany hield hem door zijne onweerstaanbare meerderheid in onverbreekbare boeien gekluisterd; en de ellendeling was zoo diep gezonken, dat hem de geestkracht ontbrak, zich uit zijne vernedering op te richten.

Slechts Frits blijft door zijn zwakte, gevolg van het bloedverlies, aan den ziekenstoel gekluisterd. »Wat brengt ge?" vraagt Reinard Jansen, doch hij behoeft het niet te vragen. In de schitterende oogen der binnenkomenden ligt alreeds het antwoord. »God de Heere gaf ons een volledige zegepraal," zegt de grijze Kloppers. »En niemand is ontkomen niemand!" roepen de anderen.

Ik wilde opspringen en schrok niet weinig: ik kon mij niet verroeren, dus nog veel minder opspringen. Ik was aan den grond gekluisterd. Met handen en voeten was ik vastgebonden en ook mijne lange haren waren op de een of andere manier aan den grond bevestigd. Ik voelde, dat ook over mijn lichaam en mijne beenen koorden of draden liepen, die mij iedere beweging onmogelijk maakten.

Een schoenmaker, snijder, pottebakker of een andere handwerksman, die, zooals het daar gewoonte is, zijne werkzaamheden op straat verricht, heeft, gelijk ik dikwijls gezien heb, zeer graag zijne lievelingen, zijne 2, 3 of 4 Steenuiltjes, naast zich zitten, gekluisterd aan een stokje; zoo vaak mogelijk en met welgevallen kijkt hij naar hen.

De kleine poney was gekluisterd, en had zich tusschen de twee vuren neergevleid, maar de twee boezemvrienden zaten met elkaar nog altijd te keuvelen. »En waarom hebt gij mij toch eigentlijk opgezocht, meesterke?" vraagde Frits Jansen. »Omdat ik je liefheb," zeide het meesterke op zijn eenvoudige, bijna kinderlijke manier, terwijl hij den jongen Boer aankeek met zijn zachte, weemoedige oogen.

God is het bekend, geliefde tweede vader! hoezeer mijn hart heeft gestreden; hoezeer ik door liefde en dankbaarheid aan u als gekluisterd werd; hoe ik met mij zelve, met mijne plichten, met Gods heilig Woord te rade ben gegaan, en de overtuiging heb bekomen, dat ik zóó en niet anders handelen moest. "Ja, ik zal u verlaten: de banden des bloeds eischen dit offer van mij!

Zonder door hare meesteres te zijn opgemerkt, sloop zij uit het vertrek, waarvan de vensters een verrukkend uitzicht hadden op de hangende tuinen, de reuzenstad, de rivier en de vruchtbare Babylonische vlakte. Zonder om te zien, liep zij naar een bloembed om rozen te plukken. Hare oogen waren als gekluisterd aan den nieuwen armband, in welks edelgesteente zich de stralen der middagzon spiegelden.

De jonkvrouw, nu haar zoetste hoop vervlogen was, zeide der wereld vaarwel, en nam den sluier aan bij de Clarissen van Alspach. Maar zie, kort nadat zij de onherroepelijke gelofte had afgelegd, daar keerde de ridder terug: zijne wonden hadden hem langen tijd aan het ziekbed gekluisterd: nu stond hij daar, een krijgsheld Christi, geëerd en met roem omstraald.