Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 20 juli 2025


Doch met dien brief liep het mij tegen, want de bode, die met de bezorging er van belast was, kweet zich slecht van zijne taak. Wel beweert hij, dat hij den brief aan Bartja zelven heeft ter hand gesteld, maar daar is geen twijfel aan, dat hij hem aan iemand anders, waarschijnlijk aan Gaumata, bezorgd heeft.

Als ik een dichter was, dan moest mijn held Gaumata, en zijne liefste Mandane heeten." »Verschoon mij van uwe spotternijen!" riep het meisje, sterk blozende en stampvoetende. »Zijt gij boos op mij, omdat ik vind, dat uwe namen zoo goed bij elkaâr passen?

Die jongeling sprak terwijl hij ijlde zijn naam meermalen uit, en wel in verband met dien zijner liefste." »Haast u, Datis, breng Boges dadelijk hier!" »Ook moet, dunkt mij, de opperpriester Oropastes, als broeder van Gaumata, verhoord worden en evenzeer Mandane, die, gelijk mij zoo even voor vast is verzekerd, de eerste kamerjuffer der Egyptische is." »Zend beiden hierheen, Datis!"

Het overige weet gij!" »Maar hoe ontkwam Gaumata?" »Door eene mij alleen bekende valdeur, die den vluchteling opeens aan alle verdere nasporingen onttrok. Alles is uitnemend in zijn werk gegaan; zelfs was het mij gelukt een dolk van Bartja, dien hij op de jacht verloren had, in handen te krijgen, en ongemerkt onder het venster van Nitetis te leggen.

Prexaspes, de koninklijke gezant, een der eerste beambten aan het hof, had Gaumata, Mandane's minnaar, die inderdaad op Bartja geleek als twee druppelen water, krank als hij was tengevolge der ontvangene wonden, naar Babylon vervoerd. Hier verwachtte hij in den kerker zijn vonnis, terwijl zijn verleider Boges, in spijt van de ijverigste nasporingen der politiebeambten nergens te vinden was.

»Hebt gij ooit eene in het oog vallende gelijkenis tusschen hem en een mijner bloedverwanten opgemerkt?" »Ja, mijn koning, Gaumata gelijkt zoo sprekend op uw broeder Bartja, dat men hem steeds in de priesterschool te Rhagae, waar hij zich thans nog bevindt, den prins noemde." »Was hij in de laatste dagen te Babylon?" »Tijdens het nieuwjaarsfeest voor het laatst." »Spreekt gij de waarheid?"

Gaumata was in een zijvertrek gevlucht, en wilde juist de deur dichtgrendelen, toen Darius en Gobryas naar binnen drongen. De laatste omvatte den magiër met zijne armen, wierp hem neder en belette hem, door zich op hem te werpen, van den grond op te staan. Besluiteloos stond Darius naast die beiden in het halfduistere vertrek, vreezende dat hij door toe te stooten ook Gobryas zou treffen.

Zij weigerde deze en bleef op haar post, zich voedende met het brood, dat meêdoogende spijsuitdeelers haar toewierpen. Toen Gaumata drie dagen later in eene gesloten harmamaxa, met een verband om 't hoofd, de poort van het paleis verliet, ijlde zij den wagen na, en hield niet op met roepen, totdat de voerman zijne muildieren tot staan bracht, om haar te vragen wat zij wilde.

Daarom zullen, volgens den wil en op bevel des koning, Gaumata de beide ooren afgesneden worden , ter eere der rechtvaardigen en tot schande van den onreine!" Cambyzes bekrachtigde aanstonds dit vonnis, 't welk nog dienzelfden dag ten uitvoer werd gelegd.

O wee, de duisternis begint reeds te vallen; ik moet weg om te onderzoeken, of al de vrouwen overeenkomstig het voorschrift voor een grooten feestmaaltijd zijn getooid. Nog eens, Gaumata moet overmorgen Babylon verlaten. Oropastes vreest dat hij u weder zal zien, en heeft hem dus geboden, dadelijk na afloop der feesten, naar Rhagae terug te keeren. Gij zwijgt nog altijd?

Woord Van De Dag

bakels

Anderen Op Zoek