Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 14 juni 2025


Kalm en onhoorbaar als van een wit katje waren hare bewegingen. De prins staarde haar aan. Hij wist niets te zeggen. Overal volgden zijn droomerige oogen haar, en hij begon zich te voelen, of hij na lang zwerven eindelijk thuis was. Toen Elze gereed was, zei ze: Vreemdeling, eet en drink! Maar de prins schudde het hoofd: hij had geen honger. Dan wachten we op vader, stelde het meisje voor.

Ze antwoordde vroolijk en kinderlijk als de Elze uit het bosch: Als het dan maar vorstin over uw aller harten is.... Anders begeer ik niets. Je zult begeeren wat nu je plicht zal wezen, Elze! zei toen de prins, haar vol ernstige liefde aanziende.

Gaat wat rusten, en zendt voedstermoeder hier, zoo ge niet wilt dat ik alleen zal zijn! De prins ging, om in eenzaamheid uit te schreien, en de koning verwijderde zich met hem. Toen de voedster gekomen was, en aan haar zijde neerzat, zei Elze: Voedster, ga wat slapen; ik voel me veel beter, en kan roepen als ik u noodig heb.

Toen stond Elze op, en sloeg haar armen om zijn hals; en haar hoofdje tegen hem aanvleiend zei ze zachtjes, fluisterend: Blijf bij ons.... Dat kan niet! zei de prins ernstig. Dat mag ik niet doen. Neen! stemde de oude man toe; dat mag hij niet doen. Zoo spoedig hij kan, moet hij terugkeeren, waar zijn vader, de koning, wacht. Ik kan geen koningin zijn, vader! riep Elze.

Werkelijk sprak ze kalm en opgewekt, zeker als ze was, dat hetgeen ze doen wilde, op den duur strekken zou om het geluk van den prins te verzekeren. De goede vrouw sloot de oogen, en sluimerde weldra in. Toen kwam de nacht; en met hem, voor Elze de mogelijkheid om een leugen, de eerste leugen van haar leven, in de plooien van zijn mantel te verbergen.

Eindelijk zag hij een geknakten tak. Hier moet iemand gegaan zijn! dacht hij; en scherp toeziende, vond hij een soort weg, aangewezen door geknakte takjes, en verflenste blaadjes, die hem eindelijk op het breede pad bracht, dat naar Elze's huisje moest voeren. Hoewel dood-moe versnelde hij zijn pas, en zag weldra het huisje, en Elze, omringd door haar duiven, op de bank zitten.

Wil jij me helpen? zei ze vriendelijk tot het verlegen blozende juffertje; dan kunnen de andere dames terwijl praten. Spijtig zwegen de jonge dames, elkaar achter Elze's rug spotachtig aanziende. Toen Elze gekleed was, en de prins haar kwam afhalen, bogen ze diep en eerbiedig.

Voorzichtig bracht de prins het luchtige, golvende haar bij zijn gezicht, dat hij er in verborg. Toen kuste hij het, terwijl een warme blos zijn wangen kleurde. De duiven werden onrustig. Ze vlogen op: eerst een paar, toen allen, en verborgen zich tusschen de bladeren van den boom, zoodat ze geheel onzichtbaar waren. Je moet weg gaan, zei Elze.

Neen, vader, zei Elze zacht: ik ben maar een vrouw.... Ik heb hem méér lief dan mezelve.... En nu is Elze tweemaal dood; want eerst heeft zij het Leven overwonnen, en nu heeft het Leven háár overwonnen. Ge zijt een heilige! sprak de oude man. Nu zal de vrede in u komen, van een die géén begeerte meer heeft. En zoo was het. In een stil dal omringd door sombere pijnbosschen, lag een watermolen.

Het was dag toen de prins ontwaakte; en bedroefd zag hij het licht vallen op het vreemde meisjesgezicht dicht bij hem. Hij had van Elze gedroomd; en 't was hem nu, of een leelijk beest tusschen hem en haar was gekomen. Is dit Liefde? vroeg hij weer droomerig, en wilde wel schreien. Natuurlijk, malle jongen! zei weer 't meisje. Toen dacht de prins aan de gekregen zwavelstokjes.

Woord Van De Dag

verheerlijking

Anderen Op Zoek