Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 18 juli 2025
Hij wilde er om heen loopen, maar bleef staan. "Och, wat is dat dan toch. Het lijkt net goud. Waarom zou ik hem niet meenemen? 't kan toch geen kwaad, al is het een dwaasheid." Hij bukte zich, raapte den steen op en stak hem in den zak, die hij weer op zijn rug hing. Toen ging hij verder. Orleman en Soliman kwamen nu van hun zitplaats. "Zie zoo hij begrijpt het nog niet," zei Soliman.
Zoo dacht hij als iemand, die zich vergeefs beijverd had een uitbarstend vuur te verstikken en eindelijk vertoornd over zijn vergeefsche moeite uitroept: "Nu goed, als ge u niet wilt laten blusschen, brand dan maar voort!" Hij, deze zoo schrandere en in alle ambtszaken zoo fijngevoelige man, zag de dwaasheid van zulk een verhouding tot zijn vrouw niet in.
Eene omstandigheid, die my in de daad zeer buitengewoon toescheen, bestond hier in, dat, schoon zommige fatsoenlyke lieden myne gevoeligheid ten hoogsten prezen, het grootste getal echter myne vaderlyke teederheid afkeurde, en dezelve als zwakheid of dwaasheid beschouwde.
Daar ben ik de man niet naar, 'k ben een veel te jolige knaap, 'k hou van pret, van lachen, van dwaasheid op z'n tijd, en op zoo'n land is 't altijd en eeuwig koekoek-één-zang. Soms zag ik weken lang geen ander Europeaan, dan m'n collega, een saaie, droge vent, die me verveelde.
"Ik ken hem!" zei Herodias, "zijn naam is Phanuel, en hij tracht tot Jaokanann door te dringen, wiens leven door uw dwaasheid zoo veilig bewaard blijft". Antipas wierp haar tegen, dat Jaokanann hun vandaag of morgen van dienst zou kunnen zijn. Zijn aanvallen tegen Jeruzalem zouden de rest der Joden tot hen doen overloopen. "Neen!" hernam zij.
De ziel, die in stilte en eenzaamheid den moed vond om tot zichzelf in te keeren en haar eigen kracht te meten, weet, dat er slechts éen groote en wezenlijk belangrijke taak ons leven beheerscht: grooter te worden. En dat doel kunnen wij bereiken in onze smart en onze vreugde, in onze dwaasheid en in ons verstand.
»Gelooft gij zoo vast aan de voorspellende kracht van die gesternten?" »Voorzeker! De sterren liegen nooit!" »Dan zou het eene dwaasheid zijn, zich te willen onttrekken aan hetgeen zij ons voorspellen." »Gij hebt gelijk, de mensch kan niet ontgaan wat over hem besloten is.
"Vriend Ned," zei ik, "ik begrijp je, maar je hebt je niets te verwijten. De gedachte aan de vlucht zou een groote dwaasheid geweest zijn, nu de Nautilus zoo vreeselijk snel voorwaarts ging." Ned Land antwoordde niet; zijne gesloten lippen en gefronste wenkbrauwen duidden genoegzaam aan, dat maar éen gedachte hem bezig hield.
Zonder zulke vervoermiddelen, zonder dien mondvoorraad zou het volslagen dwaasheid zijn in het noorden van Grikwaland te gaan reizen. Evenwel, een span ossen dat wist Cyprianus wel kostte vier of vijf duizend gulden, en wat hem betrof, hij bezat er geen twee duizend.
Dit was echter, gelijk wij uit goede bron weten, in geenen deele het geval. De overwonnen dolende ridder was wel waarlijk Sanson Carrasco, die uitgetrokken was om Don Quichot van zijne dwaasheid te genezen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek