United States or South Korea ? Vote for the TOP Country of the Week !


Gevleugeld trekt de wolkenschaduw heen; De vlakte ontwaakt en wiegt zich op en neder; De lichte hoogten buigen om en om, De donkre diepten golven. Dartel stoeien De windtjens met de bloemen, die alom Als uitgestrooide zonnevonken gloeien; En roerloos zeilt de valk der woestenij Hoog in de lucht op breede wiek voorbij.

Vol en zoet, hijgend, dof-klukkend, gurgelde de stank uit de darmspleet, kruipend langs de vaal-bruine wanden die stonden gevierkant onder het plat van den hemel. Het was eene klein-zwarte binnenplaats, achter een donkre gebrokkelde poort, die naar 'n nauwe gangstraat kokerde. In die poort waren twee deuren, onzichtbaar in 't duister, op de plaats waren er twee.

Vergeet je den veel liever Minnaar dan die nooit en nergens ons verlaten kan? Op de heuvelen. 'k Zag der bewoude heuvlen donkre deining, en de akkerkleeden, groen en geel geblokt, ik zag der wolken blindende verschijning, in 't welvend blauw teer-zilv'rig uitgevlokt,

Zoo drong in dien arbeider door de kennis, en maakte zijn bloed in zijn aadren anders, zoodat zijn beenen en dijen en vuisten anders werden en opgroeiden tot daden. Hij zat daar lang zooals een donkre bloem in de schaduw. De gloed der wetenschap om hem. Zijn hoofd was als een vlam van kennis.

De grootste liefde, die den mensch kan nopen, Noopt ook der waerelden talloos getal Het hart der zon te zoeken, dat hen zal, Vol wreedheid, smachtende om zich heen doen loopen. Zóo zwerven ook om ’t vuur, dat gloeit in ’t dal, De wolven van het woud in donkre hoopen, Die smachten daar in bloed den muil te doopen. Van zonnevuren wemelt het heelal.

De moeder, die zulk een ellende over 't hoofd van haar kind had gebracht, kon niet sterven. Daarom wilde de Majoorske naar haar toegaan, opdat ze beide rust zouden vinden. Zij wilde door de donkre bosschen heen opgaan langs de lange beek naar haar ouderlijk huis. Eer kon ze geen rust vinden.

Onder de schoorsteenhuif, wit op 't lak dat streepsels van afgetraand vet had, bloemde donzige schimmel. Stank van een tam-werkend, tot braking ophitsend riool, scheen uit de naden van den grond te breken. Viermaal had-ie een lucifer afgestreken, viermaal de weerlichting gehad van de donkre alkoof met de bedstee, den glimnatten muur. "Wat doè je?

Ik rijs als uit een bad van schittrend water, Een bad van blauwen schijn in donkre rotsen, Uit die rivier van klank. O! zoete Zuster, De stroom van klank is van ons weggevloeid; En uit zijn golven zegt gij op te rijzen, Omdat uw woorden vallen als de dauw, De heldre, zachte, die een woudnymf schudt, Nadat zij baadde, van haar lijf en haar. Stil! stil!

Soortje, Suikerpeer, Dovid waren in rammlend gesprek hij met Saartje in de armen, tastte achter Reggie de donkre alkoof binnen. "Wees maar nie bang", waarschuwde de blinde: "'r is geen trap.... 't is 'n alkoof.... As je maar niet teugen 't petrolie-stel stoot en niet in de emmer trapt".... De deur klapte dicht, afsluitend de scheemring der kamer.

Gij moogt daarin het schoonst bewaren Van wat gij ooit op aarde vond, Een vlok van mijne donkre haren Ten teeken van ons ziels-verbond. Gij moogt dan over de aarde zwerven En eenzaam dwalen van oord tot oord, Mijn lief, mijn Liefde zal niet sterven Zoolang als dit U toebehoort."