Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 november 2025


Terwijl zij stapten langs akkers en dijken, zagen zij kleine groene eilandjes, tusschen dewelke het zeewater stroomde, en, op de begraasde heuvelen, die zich tot het duin uitstrekten, een groote menigte kieviten, meeuwen en zeezwaluwen, die onbeweeglijk zaten en met hunne ruggen witte eilandjes uitmaakten; daarboven vlogen duizenden van die vogelen.

Terwijl zij over de vermetelheid van Hugo spraken, kwam er een wapenbode in de tent, dewelke zich eerbiediglijk voor de ridders boog: zijn kleding en wapens waren met stof bedekt, en het zweet liep van zijn voorhoofd. Alles gaf te kennen dat hij zich op de reis zeer gespoed had en zich schier buiten adem had gelopen.

M. A. Dit alles geschydt synde soo werpt de byen by dewelke de moer is, in eenen honingh, met waeter besproydt om de hitte, doet eenen doek op het kaer ontryndt den avondt, brengt den jaeger eenighe distansie van de hut. Omdat de byen gedwongen syn, daerom keeren sy gaerne tot haer vorige plaedts, en den jaeger wordt te kleyn.

's Anderen daags gingen de baljuw, de beide griffiers-crimineel, twee schepenen en een chirurgijn-baardemaker langs den kant van Dudzele, om te zien of zij in den akker van Servaas Vander Vichte het lijk van een man zouden vinden, langsheen den dijk, dewelke liep door dien kouter.

Ik ben de kok, zeide Lamme hen leidend; ik ben de kok. Stoot de wakkere sleden vooruit, beladen met wijn en met bier; drijft vóór u, met zeelen of anderszins, ossen, varkens en schapen. De duiven kirren in de kevies; de volgepropte kapoenen kijken beteuterd in de houten kooien, in dewelke zij zich niet kunnen verroeren. Ik ben de kok. Het ijs kraakt onder de schaatsijzers.

Wanneer hij deze valsche houding aanneemt, dewelke slechts een bedekte loochening is, bedriegt hij zichzelven. Want indien hij al niet onder de verschillende godsdiensten bepalen mag, wat de eenige ware is, moet hij toch den godsdienst, het godsdienstig gevoelen, beschermen, zoo hij niet zijn eigen verderf wil najagen.

En hij vond, dat de stad te goed verdedigd was: daarom deed hij den Rooden Toren, den Paddenhoektoren, de Braampoort, de Steenpoort, de Walpoort, de Ketelpoort en vele andere poorten afbreken, dewelke als meesterstukken van bouwkunst en beeldhouwkunst doorgingen.

Mannen sprongen in de vaart en trokken Katelijne er uit, dewelke van heurzelve was en stijf als eene doode. Zij werd in eene taveerne gebracht en voor een groot vuur nedergelegd; Nele trok heur nat hemd uit en deed heur een ander aan; toen zij tot zich zelve kwam, zegde zij bibberend en klappertandend: Hans, geef mij een wollen mantel. En Katelijne kon zich niet verwarmen.

En daar kwam naast hem, op eenen ezel gezeten, een dikke, roodwangige meid, nauwelijks gekleed, met bloote borsten, en wulpsche oogen: zij heette Onkuischheid; vervolgens kwam een oude jodin, die schalen van meeuweneieren opraapte: zij heette Gierigheid; dan een dikke, vraatzuchtige monnik, die worsten verslond, zich volpropte met pensen en gedurig mommelde als de zeug, op dewelke hij zat: het was de Gulzigheid; vervolgens kwam de Traagheid, trekkebeenend, bleek en opgezwollen, met doffe oogen, die de Gramschap met een prikstok voor zich dreef.

Het bloed vloeide uit de wonden van Katelijne, dewelke knielend smeekte: Hans, mijn liefste, Hans, mijn welbeminde, geef mij den vredekus; bezie mij, het bloed vloeit uit mijn voorhoofd; de ziel heeft een gat gemaakt en nu wil zij buiten; fluks ga ik sterven: laat mij toch niet alleen! Vervolgens zeide zij met stillere stem: Eertijds hebt gij uwen vriend gedood uit jaloerschheid, langs den dijk.

Woord Van De Dag

religie

Anderen Op Zoek