United States or South Sudan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het ontzaglijke geluid van Hem, die mijne ziel opnieuw in lichtelaaie zet voor u, davert op mijne tong en ik roep het u toe, armzalige Johan: toef niet, toef niet; uwe dagen zijn geteld!" De brief hield op te beven in de hand van Johan Doxa. De brief gleed ritselend langs de witte venstergordijntjes neerwaarts en kwam zacht, gelijk een dubbele vlerk, op het plankier terecht.

Zwartoogige meisjens Beginnen den dans: Hoe gloeien de fakkels Met purperen glans Hoe ruischen de snaren! Hoe davert de grond! Hoe zwieren de paren Al wilder in 't rond! Nu zoeken ze aêmechtig Een plekjen zich uit, Waar 't murmelend windtjen Haar de oogenleên sluit. Daar voeren de droomen, Zoo dartel en vlug, Het harte der kindren Naar 't Zuiden terug.

De meesters loopen te zamen, zij vergaderen tot ontzettende drommen, zij zijn zestigduizend in getal, overdekt met ijzer en staal.... De paarden steigeren onder den slag hunner gulden sporen, de bodem davert onder hunne vaart.... Zij zakken met zegevierend gejubel naar het kleine Vlaanderen af!... Wat vermag een zwak volk, een volk van arbeiders en burgers, tegen zulke vreeselijke overmacht?

Ik ben ten einde raad! Het stuk niet doorgaan en het publiek dupeeren!? 't Is om dol te worden! En was zij dan geheel buiten staat om te spelen? Heb je hem zelf gesproken?" "Si, monsieur," spreekt de gevraagde: "er is niet aan te denken, zeide hij: Het speet hem, maar.........." "Brutaal! brutaal!" roept de directeur wanhopig: "Hoor! daar davert het weer in het parterre.

Dat is zeker niet het kind van een knecht, dat kon wel een koning zijn, die daar het koren maalt. Mij dunkt, dat die hand veeleer het zwaard moest houden, dan de stang van een molen." Hagel antwoordde: "Het is geen wonder, dat heel de molen zoo davert: daar staat een koningsdochter te malen. Eens reed zij over hooge wolken en wilde strijden als een held.

Med een, daar bliksem' het, en 't buischt een zware dondersteen! Het windrad is gekeerd, de hemelwanden breken, en neerstig–vlucht in huis!– zie 'k al de daken leken: God zegent het geweld des hemels, de eerde doomt en davert, van 't geluk dat in heure aderen stroomt. 2 Angstig, groot. 3 Dra. 4 Oogst. 5 Het vlaagt = het buit, het is buiig weer. 6 Dampt.

En de vraag hamert door mijn hoofd: "Zal er waarlijk in het huis van Moeder plaats zijn voor alle kinderen, de hongerende, de opgedrevenen?" De Klaagmuur. Het staat er vol tusschen den Muur en den muur van de overzijde. Zelfs op het platte dak tegenover den Muur zitten de genooten. De middag davert heet. Van verre het geluid van de Stad. De gebeden worden aangeheven. De Klaagbeden en Smeekbeden.

Dat groote huis met zijne honderden vensters, dat men ziet van op de Watermolenbrug te Gent, is de katoenfabriek van mijnheer Raemdonck. Alhoewel het daglicht reeds vermindert, is er alles nog in de volle, drukke werkzaamheid; het logge gebouw davert op zijne grondvesten onder de zwoeging der mekanieken, die de stoomkracht in zijn binnenste doet leven.

Zy vliegen toe met de ijsselijkste slagen, Om, elk, met zich in 't graf een vijand meê te dragen, En alles davert. Een van Segols krijgshoop sneeft; En heel zijn legerspits bewondert hen en beeft. Hun wapen echter zwicht. Omringd van alle zijden, Zijn 't leeuwen, die met tand en bloote klaauwen strijden, En, in een breeden kring van jagers dicht omzet, Met vijftig knotsen in een oogenblik verplet.