Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 25 juni 2025
In Duitschland vernam men met zorg, dat de strijd van den keizer tegen de Zwitsersche boeren een ongunstigen keer nam. Toen kwam het bericht van een vreeselijke nederlaag van het trotsche keizerlijke leger. Deze had bij Moorgarten plaats: een eenvoudig held, Arnold van Winkelried genaamd, heeft toen met opoffering van zijn eigen leven, voor zijn landgenooten den weg der vrijheid gebaand.
Adverteeren is niet fatsoenlijk .... ze wil liever door de een of andere relatie met Haagsche familiën in kennis komen. Zou dit mogelijk zijn, Arnold?" »Wel zeker! Dat kan zeer goed. Van middag aan tafel vertelde freule Van Berenvelt me, dat haar zuster Albertine, een meisje van twaalf jaar, een waren hartstocht voor de piano heeft.
Het gesprek liep eerst over Suze's woning, over de familie De Milde, over Den Haag, en, terwijl ze vroolijk antwoordde op Van Reelant's vragen, klonk hare stem zoo jubelend, of ze een zegelied zong. Eensklaps viel ze zich zelve in de rede, en zei haastig: »Goed, dat ik er om denk! Arnold! ik moet je iets vragen!"
Ze speelt avond en morgen, maar met haar onderwijzers is ze niet heel gelukkig. Ze heeft er al drie versleten, en wil nu probeeren of het met eene onderwijzeres beter zal gaan. Dat zou een flink begin voor Betsy zijn. Ik zal .... laat eens zien...." Suze zag Van Reelant uitdagend aan, en viel hem in de rede: »Je kunt er den Baron over spreken, Arnold!
Eene ronde tafel voor den divan prijkte met koffie; een buffet op den achtergrond verried, dat Anna voor brood, wijn en eene koude kip gezorgd had. »Mag ik de honneurs waarnemen, Arnold?" vroeg Suze, toen beiden zich aan de tafel van het gezellig vertrek hadden neergezet. Van Reelant drukte haar met stralende oogen de hand.
Onwillekeurig ontsnapte hem een kreet van bewondering, terwijl hij haar vuriger dan ooit aan zijn hart sloot. Suze ontworstelde zich langzaam aan zijn armen, en vroeg, terwijl een blos van genoegen hare wangen tintte: »Laat ons nu eens over je plannen spreken, Arnold! Hoe gaat het aan het ministerie?" Van Reelant gaf haar trouw verslag van alles.
Door de kundige zorg des Priesters was hij een weinig versterkt geworden; echter scheen hij nog altijd stervensgereed, alhoewel zijn ogen zo asvervig of zo verglaasd niet meer waren. Rondom het doodsbed stond een groot getal ridders stilzwijgend over hun vriend te treuren. Mijnheer Jan van Renesse, Arnold van Oudenaarde en Pieter Deconinck hielpen de Priester in zijn bezigheden.
Hij deelde haar het voornaamste mede, wat er aan Buitenlandsche Zaken voorviel, zonder eenig staatsgeheim, dat hij verzwijgen moest, te verraden. Maar mevrouw De Huibert vond, dat haar Arnold grootscher plannen moest vormen. Schielijk vroeg ze: »Welke vooruitzichten heb je nu als referendaris?" »Van allerlei! Aan het ministerie is natuurlijk bevordering mogelijk!
Hij vond meester Arnold, met de armen overeen en als verbaasd nederziende op een groot brok metaal, dat ten gronde lag. Op des veldheer ondervraging, zeide Arnold: "Het zijn ware duivels daarboven, mher Van Praet. Daar hebben zij nu met mokers eene klok uit den toren aan twee stukken geslagen en deze als dondersteenen ons op het lijf geworpen! Zie het gat daar in het welfsel!
"Ja, heer koning", was het antwoord, "De schepenen hebben eene woning als een paleis in gereedheid gebracht. Zij is niet verre van de Markt gelegen en men noemt ze sher Gherwijns Steen." "Het is wel, veldheer; heb de goedheid te bevelen dat men dezen namiddag den Gentschen gewerkmeester Arnold tot mij leide. Ik wil met hem spreken." Onder het uiten dezer laatste woorden was hij te paard gestegen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek