Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 29 oktober 2025


"Freule Madzy! freule Madzy! waar is freule Madzy?" riep Feiko, die op dit oogenblik de kamer binnenstoof. "Wat is er van uw dienst?" vroeg Arkel: "en wat beduidt deze woeste manier van binnen te stuiven?" "Ik zoek Jonkvrouw Madzy Dekama, die gij opgesloten houdt," riep de eerlijke Feiko: "ik moet mijn brave Jonkvrouw terughebben."

Volgens de overlevering zou hier door Fop van Arkel in 1008 een dorp gesticht zijn, terwijl hij, die van zijn moeder veel goud en zilver geërfd had, nog vier andere dorpen aan de noordzijde der Linge stichtte, welker eerste naamletters tezamen den naam Arkel vormden, nl.

Bijna al de bezittingen van het Bisdom waren wegens schulden aan den Graaf verpand: om die schulden af te lossen, en daardoor het Sticht aan den invloed van Holland te onttrekken, verliet Arkel de mijterstad en ging hij stil en afgezonderd in Frankrijk leven.

Weer geven de bazuinen een sein, en nu rijdt een zwaar gewapend ridder gevolgd door zijn schildknaap, het krijt binnen. Voor den wapenkoning houdt hij halt. Op de vraag van deze, wie hij is en wat hij verlangt, klinkt zijn antwoord: "Ik Witte, Heer van Haemstede, daag elken ridder, wie hij ook zij, ten strijde met speer en zwaard ter eere van de schoone Jonkvrouw Bertha van Arkel."

"Beleedigd! door mij!" herhaalde Arkel: "en wat hebt gij dan vernomen?"

"Kennen, neen, doch ik zie het aan het wapen, dat op zijn maliënkolder geschilderd is; zie maar: drie zwarte zuilen op een veld van zilver." "Wat ziet hij er trotsch uit!" "Geen wonder waarlijk. Hij heeft in kracht en moed zijne partij nog nooit gevonden!" "En wie is dat, die ridder met de gekanteelde baren op zilver?" "Weet je dat niet? 't Is de Heer van Arkel.

"Gij verwondert mij," zeide Arkel: "het was ook geene taak, passende aan een man van uwen stand en jaren, een jong meisje tot leidsman te strekken. Maar wat kan ik daaraan doen? ik ben geen omroeper." "O, wees edelmoedig, Heer Bisschop! ik ben een ijdele dwaas geweest. Ik heb gesteund op eigen krachten en ben beschaamd gemaakt. Maar wees grootmoedig! Gelast dat men haar zoeke.

Arkel hield zich, of hij dit niet bemerkte en ging op denzelfden koelen toon voort: "Het zou echter strijdig met alle menschelijkheid zijn, dat arme meisje, 't welk hard ziek schijnt en misschien wel in de hersenen gekrenkt is, de deur uit te zetten; en het zal daarom nuttig zijn, het oogenblik af te wachten, dat zij wat kalmer en bedaarder is, om haar te ondervragen, en zoodoende achter de waarheid te komen; ten einde te ontdekken, hoe wij met haar handelen moeten."

"Wat er tusschen hen beiden is verhandeld, heb ik niet recht te weten kunnen komen; maar het schijnt, dat Jan van Arkel 's Graven vertrouwen heeft weten te herwinnen en genade voor zijn oproerige stad te verkrijgen. De Bisschop is vervolgens naar Utrecht vertrokken, alwaar hij als in triomf is binnengehaald en men hem den verlosser der stad genoemd heeft.

"Wij werden ongerust, Bertha," zeide hij vriendelijk. "'t Was ook al te onvoorzichtig, om zoo laat nog zonder geleide uit te rijden. Waarom geen schildknaap medegenomen?" "Omdat eene Jonkvrouw van Arkel geen vrees mag koesteren, Heer Vader," antwoordde Bertha lachend. "In dat geslacht kent men immers dat woord niet?"

Woord Van De Dag

arasbesken

Anderen Op Zoek