Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 28 juli 2025


"Ik had eene ziekelijke gevoeligheid ten aanzien van vele dingen, waarvan hij en mijn vader niets begrepen, zoodat zij daarin onmogelijk met mijn gevoel konden overeenstemmen. Mijne moeder kon dit echter wel, en wanneer ik dus met Alfred twist had of mijn vader mij barsch aankeek, placht ik naar mijne moeders kamer te gaan en bij haar te gaan zitten.

De twee broeders gingen de stoep op en zaten weldra aan een tafeltje met het bord tusschen hen in. Terwijl zij de schijven schikten, zeide Alfred: "Ik moet u toch nog zeggen, Augustine, wanneer ik dacht zooals gij, zou ik iets doen." "Dat geloof ik wel gij zijt van de soort die iets doet maar wat?"

Ik zou de pen van Alfred de Musset moeten hebben, om uw zorgelooze zwerftochten op de bloeiende paden der jeugd naar waarde te verhalen; en zeker zou hij u ook hebben willen bezingen, indien hij, evenals ik, u met uw lieve, valsche stem dit ongekunstelde couplet uit een van uw lievelingsliederen had hooren voordragen: C'était un beau jour de printemps Que je me déclarai l'amant, L'amant d'une brunette Au coeur de Cupidon, Portant fine cornette Posée en papillon.

Doch Alfred peinsde onophoudelijk op de middelen om zijn land van de Denen te verlossen, en daardoor dacht hij niet aan het brood, dat begon te verbranden. Toen de huisvrouw die ondertusschen weer binnen gekomen was, dit merkte, riep ze toornig uit: "Luie kerel, die ge zijt! Het brood eten, kunt ge, maar om het te bakken, daartoe zijt ge te dom."

Tom ging dan ook naar bed, vol wraakzuchtige plannen jegens Alfred Temple; maar zijn wrok maakte spoedig voor aangename overpeinzingen plaats en hij viel in slaap en droomde van Becky's laatste woorden, die hem als muziek in de ooren hadden geklonken en aldus hadden geluid: "Tom, hoe kon je zoo edel zijn?" De vacantie begon te naderen.

Daardoor was er natuurlijk geen orde of tucht op de plantage te houden, en Alfred en ik kwamen omtrent evenver met elkander, als jaren geleden mijn vader met mij gekomen was.

Maar deze ontevredenheid bleef onopgemerkt bij de kreten van: "Lang leve Rowena, de verkorene en wettige Koningin der Liefde en Schoonheid!" waarbij velen voegden: "Leve de Saksische Prinses! Leve het geslacht van den onsterfelijken Alfred!"

Zoo hebben wij bijv. gezien bij Alfred de Musset, die dichter is tien jaar van zijn leven, en daarna uit, juist omdat hij kwam na de groote Napoleontische periode; en bij Baudelaire, die maar een korten tijd dichter was, juist in het tweede Keizerrijk, na een oogenblik van groote spanning. Kloos in Holland blijft maar een jaar of vijf, zes, eigenlijk dichter.

Over het feit, of dit derde en laatste deel ook van de hand van Borron is, zijn de geleerden verschillenden meeningen toegedaan. Gaston Paris, Professor Birch-Hirschfeld en Jessie Weston betoogen met klem, dat wij inderdaad Borron als den schrijver van de drie romantische werken moeten beschouwen, Prof. Alfred Nutt is van eene tegenovergestelde meening.

"Ik heb de zaak nog nooit in dat licht bezien," zeide Ophelia. "Wel, ik heb in Engeland gereisd en heb tamelijk veel over den toestand der lagere klassen aldaar gelezen, en ik denk waarlijk dat men Alfred niet kan tegenspreken, als hij zegt dat zijne slaven er beter aan toe zijn dan een groot gedeelte der bevolking van Engeland.

Woord Van De Dag

1195

Anderen Op Zoek