Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 25 mei 2025


De schrijvers hiervan zijn Karl Simrock, Hermann Kurz en Wilhelm Herz; vooral deze laatste moet geprezen worden om de meesterlijke wijze, waarop hij zich van zijne taak heeft gekweten. Ook dient hier melding gemaakt van eene Engelsche prozavertaling van Gottfrieds werk, van de hand van Jessie Weston, welke bij David Nutt, Londen, in eene zeer aantrekkelijke uitgave is verschenen.

De bovengenoemde partijgenooten van Paris, deelen over het algemeen zijne inzichten, al leggen zij meer den nadruk op het eerstgemelde punt: het ontstaan der verhalen uit Keltische volksoverleveringen. Alfred Nutt en de Amerikaansche school van Kittredge en Schofield zoeken den oorsprong dier overleveringen meer bepaaldelijk onder de oud-Iersche volksverhalen en mythologie.

Lot, Kittredge en Schofield en Alfred Nutt , zijn de meening toegedaan, dat de oorsprong der Arthur-sagen en dus ook van het Parcival-verhaal te vinden is in de oude, Keltische overleveringen der Britsche eilanden, welke volgens G. Paris bewaard zijn gebleven door de sagenvertellers van Wales, de beroemde "conteurs gallois" , die ze aan het hof van Willem den Veroveraar voordroegen, waar zij door de Normandische en Fransche dichters met ijver werden overgenomen.

Nutt de meening toegedaan, dat de Graal van heidenschen oorsprong is en eene rol speelde in de natuur-eeredienst, welke in de Britsche eilanden vóór de tijden van het Christendom in zwang was.

Professor Alfred Nutt, de schrijver van het bekende werk: "Studies in the Legend of the Holy Grail", Londen 1888, is van meening, dat de oorsprong van den Graal te vinden is in de mythologie der oud-Iersche Kelten, waar wij veelvuldige vermelding vinden van wonderbaarlijke talismans, welke den bezitter een onuitputtenlijken overvloed verschaffen van al, wat hij zich wenscht.

In de oud-Iersche mythologie, waarvan Professor Nutt eene bijzondere studie heeft gemaakt en die hem de verklaring heeft doen vinden van veel, dat tot nu toe duister was in de geschiedenis der Arthur-sagen, is het beeld van dien wonderketel nauw verbonden aan dat van een zwaard, een speer en een kostbaren steen.

Volgens hem is de Graal van den aanvang af een zuiver Christelijk zinnebeeld geweest, al mogen de eigenschappen, welke eraan verbonden waren, eenige overeenkomst vertoonen met die van voorwerpen uit de oude volksoverleveringen. Jessie Weston, de schrijfster van een zeer belangwekkend werk: "The Legend of Sir Perceval", Grimms Library, vol. XVII, London, D. Nutt 1906, is evenals Prof.

Zoo meent dus Professor Nutt den oorsprong van den Graal te vinden in de heidensche godenleer der oude Kelten; het Christelijk karakter van den Graal is volgens hem eerst van lateren datum. Geheel anders denkt Professor A. Birch-Hirschfeld erover, de schrijver van "Die Sage vom Gral", Leipzig 1877.

Over het feit, of dit derde en laatste deel ook van de hand van Borron is, zijn de geleerden verschillenden meeningen toegedaan. Gaston Paris, Professor Birch-Hirschfeld en Jessie Weston betoogen met klem, dat wij inderdaad Borron als den schrijver van de drie romantische werken moeten beschouwen, Prof. Alfred Nutt is van eene tegenovergestelde meening.

Woord Van De Dag

rozen-hove

Anderen Op Zoek