Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 1 mei 2025


Hij vroeg een stuk brood, maar men weigerde het hem. De nacht kwam. Zijne beenen waren vermoeid en hij ging een kleine afspanning binnen. Daar zag hij een oude bazin, die een ouden hond streelde, wiens vel op dat van den doode geleek. Van waar komt gij, reiziger? vroeg de oude bazinne.

En, daar het marktdag is en er boeren in uwe ellendige afspanning zijn, ga ik ze dadelijk verkoopen. Hetgene geschiedde, want allen kende Lamme. En inderdaad, voor ezel en kar kreeg hij vier en veertig gulden en tien oortjes. Toen deed hij het goud rinkelen onder den neus van den weerd, en sprak hij: Hewel, baas is hier geld genoeg om nog iets te peuzelen? Ja, sprak de baas.

Zij waren aan hun laatsten gulden; als zij Uilenspiegel zagen komen, riepen zij hem eene afspanning binnen om hem te trakteeren. Uilenspiegel nam gereedelijk aan. Daar hij zag dat de Smadelijke Broeders tot elkaar knipoogden en heimelijk lachten, terwijl zij hem inschonken, begreep hij dat men hem eene poets wilde bakken. Hij ging buiten, doch bleef aan de deur luisteren.

Doch in het bisdom Mentz ontmoette hij eenen wagen met pelgrims, die hem naar Rome bracht. Toen hij in die stad kwam en uit den wagen stapte, zag hij aan de poort eener afspanning een poezele vrouwe staan, die hem toelachte. Heur minnelijk gezichtje beviel hem ten volle.

Rond den avond kwamen zij te Kortrijk, alwaar zij afstapten in de afspanning de Bie, bij Gillis Vanden Ende, die aan zijne deur kwam, zoodra hij het gezang des leeuweriks hoorde. Daar leefden zij als vischjes in 't water.

Als de koord van goud is, antwoordde Uilenspiegel, zal zij breken van schrik als ze mij ziet komen. Daar, sprak de landgraaf, hem vijftien gulden in de hand stoppend, zie hier een stukje van de koorde! Hertelijk dank, genadige heer, antwoordde Uilenspiegel, elke afspanning van den weg krijgt er een vezel van, een gouden vezel, die al die dieven van weerden tot rijkaards maakt.

Doch eensklaps vloog hij naar de deur; hij stormde de trap af, en liep in zijn hemd de afspanning door, tot op de straat, al roepend: Mijne vrouw? waar is mijne vrouw? Maar hij kwam dadelijk terug, want de straatjongens jouwden hem uit en smeten met steenen naar hem. En Uilenspiegel zeide tot hem: Kleed u, Lamme, en wees niet wanhopend, gij zult ze terugzien, vermits gij ze heden gezien hebt.

Zoo kwamen zij te Meulestede, welks roode daken men van verre ontwaart, en daar kwamen zij overeen dat elk op zijn eigen hand zou rond gaan en dat men 's avonds, vóór de slaapklok, malkander zou vinden in de afspanning den Zwaan.

Daar wij te Maastricht wezen moeten, zullen wij over Landen trekken. Ze zullen ons ophangen, zei Lamme. We zullen er wel door geraken, antwoordde Uilenspiegel. Aldus koutend kwamen zij in de afspanning de Ekster, waar zij goed eten, goede slaping en hooi voor hunne ezelen vonden. 's Anderen daags begaven zij zich op weg naar Landen.

Aldus, zei Uilenspiegel, sprak de schoone duivelin tot den doorluchtigen, heiligen Antonius. Twintig stappen verder lag eene afspanning langs den weg. Gij hebt goed gesproken, vervolgde Uilenspiegel, nu moet gij goed drinken. Ik heb nog geen dorst, zei de vrouw. Zij gingen de afspanning binnen. Op eene schapraai, nevens den schoorsteen, stond eene buikflesch.

Anderen Op Zoek