United States or Albania ? Vote for the TOP Country of the Week !


Mijnheer Chabre sloeg linksaf en slaakte een kreet. Hij was tot aan den hals onder water gekomen, zijn dasstrik verdronk, en Hector, die zich thans geheel op zijn gemak gevoelde, legde zijne bekentenis af. "Ik heb u lief, mevrouw......" "Zwijg mijnheer, ik beveel het u". "Ik heb u lief ik aanbid u en...... tot hiertoe heeft de eerbied mij het stilzwijgen opgelegd".

Links zag ik de jonge vrouw, en rechts de oude beiden geknield, de handen gevouwen, het hoofd opgericht naar het Madonna-beeld. »Wat doet gij?" riep ik der oude toe. »Ik aanbid het beeld des geloofs, dat door het wangeloof geschonden werd." »En gij?" vroeg ik der jonge. »Ik kniel voor de almacht der wetenschap, die met hare speer het bijgeloof heeft doorboord."

Mevrouw Christensen glimlachte bewogen; 't zilver stond nu op zijn plaats en het dwaze opschrift was er van weggenomen. De houding van den bankdirecteur scheen te zeggen: "Aanbid mij niet!" Maar hij kon het niet verhinderen. Hij was aller hoop en toevlucht; niet één had den moed aan zijn laatste zonderlinge manier van doen op de algemeene ledenvergadering van Fortuna te herinneren.

Wat zijt Gij goed, dat Ge U zoo klein maakt om U aan mij weg te schenken, die slechts een kind ben! Ik aanbid U, en ik bemin U! *Akte van Dankbaarheid.* O dierbare kleine Jezus, uit liefde tot mij, zijt Gij in de kribbe van Bethlehem arm geboren geworden, op stroo en tusschen twee dieren! Ik bedank U, voor alles wat Gij voor mij gedaan hebt. Wat zijt Gij goed, en wat houd ik toch veel van U!

Vandaar dan ook, dat er vele menschen zijn, die het niet kunnen uitstaan. Bij mij is het juist andersom. Ik aanbid het, om zoo te zeggen." "Dan spijt het mij dubbel," zeide Schaunard, "dat gij u voor mij daarvan beroofd hebt." "Wat? ... pardon," zeide de boekenman, "ik heb den kop voor mijzelf gehouden. Ik heb zelfs de eer gehad u te doen opmerken, dat...."

En met een bekoorlijk schouderophalen en liefelijke spijtigheid zag zij Marius aan. Iets als een weerlicht schoot tusschen beide wezens. 't Was hun onverschillig of er iemand tegenwoordig was. "Ik bemin u!" zei Marius. "Ik aanbid u," zei Cosette. En onweerstaanbaar vielen zij in elkanders armen.

Een kerk rijst allerwegen aan uw zij O, deernisvolle ziel, die niemand griefde, O, mijn Madonna! bid, o bid voor mij! Wat werd ik zonderling opeens te moede, Toen gij mij, lieve, vleiend hadt gevraagd: „Aanbid, met mij vereend, de Moedermaagd, En neem mijn godsdienst aan: het is een goede.

Een en ander hieruit is misschien genomen uit de brief van Briseis aan Achilles in de Heroides van Ovidius, maar het gevoel is echt middeleeuws overspannen. In de middeleeuwen kende men de schone gelijkheid tussen de twee mensen niet; lief te hebben is knielen en aanbidden. »Meesteres! ik vouw mijne handen en aanbid u," barst Bernard de Ventadour uit.