Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 19 juni 2025
De andere helft is bezig met geen schoenen te mogen poetsen ik heb u, dykgraaf, baron, en lid van ... een-en-ander ... Ook van 't Bybelgenootschap ... Ook van 't bybelgenootschap! Ik heb u ... een-en-ander te zeggen. Ik groet u met den naam van ... een-of-ander. Niet waar, 'n mens moet iets zyn? Heel juist! En niet alleen iets, maar zelfs ... een-en-ander. Ge zyt dus ... Dykgraaf? Ge zyt lid ...
"Ei lieve, myn heer, wilt gy my betaalen de vyf guldens, welken gy my schuldig zyt? Om wat te doen, antwoordde de Jood? Om eeten en drinken te koopen; ziet gy niet, dat men my laat leven?" De Jood op deeze woorden agter uit deinzende, lachte de ongelukkige misdadiger hem opentlyk en van goeder harten in het aangezicht uit.
Uw dienaar, myn Heer Helmers! doet Abraham Blankaart u ook belet? maar mooglyk ben ik niet by u bekent, en onbekent maakt onbemint. Hy. In persoon ken ik u niet, myn Heer, maar in karakter wel; gy zyt hartlyk welkom; waaraan ben ik dit aangenaam bezoek verpligt? Ik. Dat kan ik u voor de vuist, en met weinige woorden, zeggen.
Ik keek aldaar door het sleutelgat, en hield een naauwkeurig oog op de roeijers, zonder dat zy 'er iets van bemerkten. Spoedig zag ik, dat één van hun, by elken slag met de roeyriem, de hand opligte, en aan zyn neus voelde. Ik kwam dadelyk weder te voorschyn, en regelrecht naar hem loopende, riep ik hem toe: "Ik zie de veder, schurk! gy zyt de dief."
Maar omdat ge het boek hebt gekocht of gehuurd in 't vertrouwen op den deftigen titel die wat degelyks belooft, erken ik uw aanspraken op wat goeds voor uw geld, en daarom schryf ikzelf nu eens weer een paar hoofdstukken. Ge zyt niet in den krans van de Rosemeyers, lezer, en dus gelukkiger dan ik die alles moet aanhooren.
Hoe, myn Heer, heb ik u de minste aanleiding gegeven, om zulke gedagten in u te doen opryzen? Hoe weinig kent gy my! Hoe dood vreemt zyt gy omtrent u zelf! Ik moet of boos op u worden, en dat bevalt my niet; of ik moet u hartelyk uitlachen. Nooit zeker las men zo eene ongevallige mengeling van zotteklap, en dwaze inbeelding, op zeer twyffelachtige verdiensten, dan dat schriftje bevat.
Ik volgde dus den stroom, geheel gekleed, en naderde eindelyk tot op den afstand van twee riemen van het vaartuig: toen nam ik myn brief in de hand, en denzelven in de hoogte houdende, riep ik: "Wie zyt gy, die een stuk papier weigerdt aan te nemen?"
"Wel nu, ik wil u een geschenk doen, hernam de Neger: neemt de hand, die men my heeft afgekapt; eet die tot op het been toe af; verslind vervolgens myn lichaam, tot dat gy verzadigd zyt; gy zult dan een ontbyt gedaan hebben, het welk u voegt." Hy deed deeze schimprede met een schaterenden lach gepaard gaan; en ging op die wyze voort, geduurende de drie uuren, dat ik aldaar verbleef.
En hy hieuw steenen uit de rots, met zwaren arbeid, en hy arbeidde zeer zwaar voor weinig loons, en hy was tevreden." Heel aardig, riep Duclari, maar nu zyt ge ons nog 't bewys schuldig dat die kleine Oepi imponderabel had moeten wezen. Neen, ik heb u dat bewys niet beloofd! Ik heb alleen willen vertellen hoe ik kennis met haar maakte.
Ik roep u op, u, de velen die Havelaar gekend hebt wanneer ge niet verstyfd zyt door winterkou en dood ... als de geredde vliegen, of verdroogd door de hitte daarginds onder de linie! ik roep u op om getuigenis te geven van zyn hart, gy allen die hem hebt gekend!
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek