Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 2 juni 2025
Gij schuift haar open zie! daar wandelt gij onder een dak, beschut tegen regen, tegen wind, tegen zonnesteken, alsmede tegen de dingen die de vogelen des hemels soms laten nederdalen op des menschen zondig hoofd.
Weer was 't Multatuli, dat ik opensloeg, en 't eerst wat ik las, was "Thugater". Nog steeds blijven mij de woorden in de ooren hangen: "Vader, zeg haar: dat weten, begrijpen en begeeren zondig is voor een meisje".
"Het is zoo zondig waar!" bevestigde Jan, die de slagen geteld had. "Ja, we moeten weg. Misschien kunnen wij dan nog even de Kloosterkerk binnenloopen en den laatsten psalm meezingen. Dan geven wij dien op bij gebrek aan een tekst." Zoo gezegd, zoo gedaan. Maar wat er van was, of Frans bij het toesluiten het slot verdraaid had, hoe hij ook poogde de deur te openen, alles te vergeefs.
Voor den Middeleeuwer waren zij al te zamen zondig; thans gelden zij alle als geoorloofd, maar van zeer verschillende waardigheid, al naar hun meerdere of mindere geestelijkheid. De dingen, die het leven tot genieten kunnen maken, blijven dezelfde. De grens tusschen het hoogere en het lagere schijnt thans nog voor de meesten te vallen tusschen natuurgenot en sport. Maar die grens is niet vast.
De menschlijke aart schijnt altijd ten goeden overhellende; altijd tot zijn zelfs verbetering neigende; dit heeft in de voorige eeuwen, zo veele booswigten, en zo veele braave lieden, tevens opgeleeverd; men wist dien aart maar niet wel te leiden; ook hadt men, te dier tijd, daaden en handelingen voor misdaadig en zondig uitgekreeten, die, na onze inrichtingen, geheel onschuldig zijn.
Ik echter zal mij in den heeten strijd storten en de overwinning zal met mij zijn." Zonder het antwoord van zijn schildknaap af te wachten, drukte hij Rocinante de sporen in de ribben en stoof met gevelde lans pijlsnel den heuvel af. Sancho schreeuwde hem wel na: "Blijf, blijf, heer! Zoo waar ik een zondig mensch ben, 't zijn enkel hamels en schapen, waarop gij instormt!"
"Ik een babbelaarster, Meneer!" riep de meid: "ik vertel nooit iets." "Ja, dat doe je anders wel." "Neen, zoo zondig niet, Meneer!" "Nu! hoor dan. Er is mij voor vast gezeid, dat de vrouw van den bakker op den hoek van haar man afgaat." "Heere, Meneer! is 't mogelijk!... En waar zou dat bij te pas komen?" "Ja, dat weet ik niet, maar de zaak moet waar zijn, maar vertel het niet verder, hoor."
Hoor Magdalena! ik heb u nog veel te zeggen, en God weet wanneer wij elkander wederzien." "Hoe!" hernam zij, een vragenden blik op hem werpende. "Gewis," vervolgde hij, "ik moet met den dag van hier en verlaat het konvooi: alleen om mij met u te onderhouden ging ik tot hiertoe mede. Hoor! ik moet recht ernstig met u spreken. Gij hebt zondig en dwaas gehandeld, Magdalena!"
Toen zij ophield met spreken en Lanceloet smeekend aanzag, bewaarde hij een oogenblik het zwijgen en boog het hoofd als een teeken van eerbiedige instemming met haren wensch. Toen begon hij te spreken. Een nieuw leven te beginnen, was hem, zoo zeide hij, onmogelijk na alles wat hij had doorgemaakt, maar evenals zij gevoelde hij eene dringende behoefte om boete te doen voor zijn zondig leven.
Bazin Noppe was daarover niet bedroefd; integendeel, zij juichte innerlijk en zegevierde over haren man, die nu zelf getuigde dat het zondig, ja, misdadig zou zijn, zich niet met deemoed en zonder morren aan Gods beslissing te onderwerpen.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek