Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !
Bijgewerkt: 3 juni 2025
Ongaarne voldoe ik aan uw bevel, de brieven terug te zenden, die ik van u mocht ontvangen, benevens de haarlok, die gij wel zoo goed hebt willen zijn, mij vrijwillig te schenken. Geloof mij intusschen, geachte Mejuffrouw, Uw gehoorzamen dienaar John Willoughby." Elinor's verontwaardiging bij het lezen van dezen brief laat zich gemakkelijk voorstellen.
Vergeet niet, dat de beide dames Carey ervoor van Newton zijn gekomen, dat de drie dames Dashwood ervoor van huis zijn komen wandelen, en dat Mijnheer Willoughby twee uur vroeger dan gewoonlijk is opgestaan, alles om dat uitstapje naar Whitwell." Kolonel Brandon betuigde opnieuw zijn spijt, dat hij het gezelschap moest teleurstellen, maar verklaarde tevens, dat dit onvermijdelijk was.
Zij bloosde bij die toespeling, doch het was duidelijk te zien, dat deze haar wel behaagde; en na een minuut of tien ernstig te hebben nagedacht, kwam ze bij haar zuster terug, en zei vriendelijk en vroolijk: "Misschien was het wel een beetje ondoordacht van mij, Elinor, om mee naar Allenham te gaan; maar Mijnheer Willoughby was er zoo bijzonder op gesteld, mij het buitengoed te vertoonen; en het huis is bijzonder mooi.
"Misschien," zei Willoughby, "strekten zijn waarnemingen zich wel uit tot nabobs, rijk versierde mooren, en palankijnen." "Ik durf wel zeggen, dat zijn waarnemingen verder reikten dan uw doorzicht. Maar wat hebt u eigenlijk op hem tegen?" "Ik hèb niets op hem tegen.
Hij wordt ten zeerste gewaardeerd door de familie op Barton Park, en ik zelf zie hem nooit, zonder bepaald moeite te doen met hem een gesprek te voeren." "Dat u hem de hand boven 't hoofd houdt," antwoordde Willoughby, "spreekt te zijnen gunste; maar die waardeering van de anderen is op zichzelf al een blaam.
Zij zag er tegenop, die te vervullen; vreesde voor de uitwerking ervan op Marianne, twijfelde, of zij, na die verklaring, ooit met een ander gelukkig zou kunnen zijn; en wenschte een oogenblik, dat Willoughby weduwnaar mocht worden; toen zij echter weer aan Kolonel Brandon dacht, berispte zij zichzelve, gevoelde dat van zijn lijden en zijne trouw haar zuster de belooning moest zijn, veeleer dan voor die van zijn medeminnaar, en verlangde in het minst niet meer naar den dood van Mevrouw Willoughby.
Ik ben niet verblind door partijdigheid; zoo knap als Willoughby is hij niet; dat is waar; maar daarentegen heeft hij iets veel aantrekkelijkers. Er was altijd iets in Willoughby's oogen nu en dan, dat mij niet aanstond; dat herinner je je wel."
Zijn zachtaardigheid, zijn echte beminnelijkheid jegens anderen, en zijn mannelijke, natuurlijke eenvoudigheid zijn veel meer in overeenstemming met haar waren aard, dan de dikwijls gekunstelde levendigheid van Willoughby, die ook wel eens te onpas kwam.
"Dit is slecht, Mijnheer Willoughby; dit is zeer verkeerd van u," zeide Elinor, terwijl hare stem, haars ondanks, ontroering en medelijden verried, "zóó moogt u niet spreken, noch van Mevrouw Willoughby, noch van mijne zuster. U hebt uwe eigen keuze gevolgd. Zij werd u niet opgedrongen. Uwe vrouw heeft recht op uwe beleefdheid, op uwe achting dan toch.
"Het zal wel niet noodig zijn, denk ik, dat u Mevrouw Palmer en Sir John waarschuwt, nooit den naam van den Heer Willoughby te noemen, of te zinspelen op het gebeurde, in tegenwoordigheid van mijn zuster.
Woord Van De Dag
Anderen Op Zoek