Vietnam or Thailand ? Vote for the TOP Country of the Week !

Bijgewerkt: 17 juni 2025


Een geestig schilder had op zijn gebod al de hoeden veranderd, naar het toen nieuwste model, bij den hoedemaker gehaald, en al de wandelaars hadden bruine, gele of gestreepte pantalons aangekregen met soupieds en naar de nieuwste snede. Al de pruiken waren verbannen.

»En als ze nu wéér vol is wie weet hoe ver ik dan al weg ben van hier!" Marieken zeide niets. »Ken je 't nog?" hernam hij, na weder eene pauze: »dat schoone lied van Staring": Toon ons uw luister, o zilveren Maan, Rijs uit het meer. Lach den zwervenden schepeling aan, Straal op 's wandelaars donkere baan In uw lieflijkheid neer.

Onze beide nachtelijke wandelaars konden dat zelfs niet gissen. Instinctmatig evenwel begrepen zij dat dit gefluit en die verlichting het sein waren tot het plegen van de een of andere gewelddaad.

Maar dat, ondanks de hulp der machines, toch nog talloos veel arbeiders hier werkzaam zijn, blijkt het best, als de brug over een der havens een oogenblik openstaat en er zich onmiddellijk een menschenmenigte ophoopt, niet van wandelaars, maar alleen arbeiders, die een oogenblik tot rusten genoopt worden.

Een escadron der prachtige lijfgarde, met de trompet aan zijn spits, reed door de laan van Neuilly; op den koepel der Tuilerieën wapperde de witte vlag, door de ondergaande zon eenigszins rood gekleurd. Op het plein de la Concorde, nu weder plein Lodewijk XV geworden, wemelde het van vergenoegde wandelaars.

En zoo, in dien weemoed, zwegen zij, tot zij op den grooten weg waren, den ouden Scheveningschen weg. Zij naderden de villa. Er ging een tram voorbij; twee, drie wandelaars liepen daar: het was een mooie avond. Hij bracht haar thuis en wachtte, tot, op zijn bel, geopend zoû worden. De deur bleef lang dicht, hij drukte intusschen vast hare hand en onwillekeurig deed hij haar een beetje pijn.

In dezen toestand blijft Den Hout tot elf uren of half twaalf. Alsdan rukt de voorhoede der Haarlemsche wandelaars er in. Zij bestaat voornamelijk uit dezulken, die zich de zes overige dagen, aan beroep of nering gebonden, van alle vertreding spenen moeten, en dus des zondags de grootste appetijt hebben.

Er loopt, zoo ver de stad en eene vooruitspringende landtong gaan, eene goed geplaveide kade om het meer; er waren tal van visschers en wandelaars en tal van soldaten en officieren vertegenwoordigden in verschillende uniformen het oostenrijksche garnizoen.

Hij had een roos in den mond. Gavroche kende deze tweede gestalte zeer goed; 't was Montparnasse. Van de andere had hij niets kunnen zeggen, dan dat 't een eenvoudig oud man was. Gavroche legde zich dadelijk op de loer. De eene dezer twee wandelaars had duidelijk bedoelingen jegens den anderen. Gavroche was goed geplaatst om te zien wat er gebeuren zou.

De beide wandelaars kwamen voorbij eene smidse en Uilenspiegel schuifelde lijk de leeuwerik, de vogel der vrijheid. En dadelijk vertoonde zich een man met witte, lange haren, vóór de deur van de smidse, en terstond bootste hij het dapper gekraai van den haan na.

Woord Van De Dag

verduldige

Anderen Op Zoek